United States or Rwanda ? Vote for the TOP Country of the Week !


Alonzo had weldra zijn bevelen gegeven, en nu verhaalde Van Bergen hoe hij gelukkig zijn tocht tot aan den steilen slotweg had volbracht, toen eensklaps een verwilderd haveloos man zijn paard bij den toom had gegrepen, en hem een pistool op de borst drukkende, tot de overgave van zijn geldbeurs had aangemaand; hoe Rudolf, waarschijnlijk door den roover niet opgemerkt, dadelijk was ter hulpe gesneld; hoe deze de pistool uit de hand van den schurk had geslagen, en hem tevens een diepe wond had toegebracht, zoodat de ellendeling voor dood was neergevallen.

Nauwelijks had de kolonel ons zijn wedervaren medegedeeld, of andermaal verhief zich in de verte, in de richting van Bagdad, een nieuwe stofwolk, die haastig naderde, en waaruit ten slotte twee haveloos gekleede, slecht gewapende en onbeschrijfelijk vuile ruiters te voorschijn kwamen.

Kegels van ijs, sprieten van sneeuw, spichtige naalden kruisten elkander in een vreemd gelijn, in een netwerk van ragfijne draden. Op straat, voor het hek, was 't vies, modder en ijs, geplak van zware, zwarte wagensporen en voetstappen. Niemand was er. Alleen één man. Een haveloos wezen, oud van ellende. Een verkleumde gedaante in 'n gore plunje.

"Matrozen van de Jeannette, een driemastschip, waarop ik eerste stuurman was," antwoordde de man. "Veertien dagen geleden... hebben wij dien bodem verlaten... toen hij op het punt was... in de diepte weg te zinken!... Wij hebben geen water en geen levensmiddelen meer!..." De vier overige schipbreukelingen hadden zich ook langzamerhand opgericht. Zij zagen er bleek, haveloos en uitgeput uit.

Somtijds wordt Hotei voorgesteld, gezeten in een gebroken en bijzonder haveloos rijtuig, dat wordt voortgetrokken door jongens; in die gedaante is hij bekend als de Wagen-Priester.

Hare Majesteit ontvangt, onder een troonhemel staande, zeer uit de hoogte de twee avonturiers; dezen zien er haveloos uit, maar hebben flinke rapieren opzij, en hun bleeke gezichten getuigen van kommer en gebrek. "Gij zijt hier gekomen, heeren," zegt zij, "om mij een verzoek te doen. Wat is dat?" "Mondvoorraad om ons voor den hongerdood te bewaren," antwoordt de admiraal. "Geen mondvoorraad!"

Zijn wapenrusting was uiterst haveloos, zijn hellebaard was met roest bedekt, en zijn paard verkeerde in een treurigen toestand. Hij maakte een treurig figuur onder de schitterende ridders, die hij in Kamakura aantrof. Een aantal van die ridders maakten onvriendelijke opmerkingen over hem, maar Sano verdroeg die onbeschaamdheden zonder een woord te antwoorden.

Mijne indrukken van Kaapstad zijn dan ook geheel anders dan op den eersten dag; deze zal ik in het kort in den volgenden brief neerschrijven. Kaapstad als stad is leelijk, doch zeer eigenaardig en interessant. Geen mooie straten, geen groote pleinen, geen mooie monumentale gebouwen. Alles ziet er haveloos en armoedig uit.

Het zweet, de hitte, de voetreis, het stof gaven aan den geheelen persoon iets zeer haveloos. Het haar scheen nog kort geleden kaal geschoren; 't stond nu steil op en was borstelig. Niemand kende den man. 't Was duidelijk, dat hij de stad slechts doortrok. Van waar kwam hij? Uit het zuiden.

Wanneer een dans uit was, en het orgel zweeg, dan hoorde men nog immer het meewarig-kalm gelui. Beneden zag Madame een haveloos, slonsig meisken op moeders pantoffels komen aansloffen. De blikken petroleumkan liet zij keer op keer tegen den muuur rammelen. Dat volksken kom altijd in den laten avond, morde zij, dan pas worden zij gewaar dat er geen olie meer in de lamp is.