United States or Guam ? Vote for the TOP Country of the Week !


Een rechtopstaand mensch bereikt met zijne slap afhangende armen niet eens de knieën, de Gibbon reikt er mede voorbij de enkels. Dat zulke voorste ledematen nagenoeg ongeschikt zijn om er op te loopen, is even licht in te zien, als hunne uitstekende geschiktheid voor 't klimmen.

Het is allengs verrijkt geworden met alle vier vertegenwoordigers dezer diergroep, den Gibbon, den Orang Oetan, den Chimpanzee en den Gorilla. Hierdoor was ik uitmuntend in de gelegenheid om de levenswijze dezer dieren in de gevangenschap nauwkeurig waar te nemen en ze te dezen aanzien met elkander te vergelijken.

Zelve reikt zij hem den welkomstbeker. »Toen hij den beker van haar aannam en daarbij eerbiedig zijne lippen op hare hand drukte, lachte de koningin en bloosde en zeide: hij behoefde hare hand niet te kussen, daar hij haar wel een kus op den mond geven mochtWel terecht heeft Gibbon het in Boccacio gelaakt, dat hij in eene zijner vertellingen, den naam dezer Theudelinde bezoedeld heeft.

Zij richtten geene gebouwen op, bij gemis van het duurzame fundament van onwrikbare grondstellingen en diep ingewortelde gewoonten. Hunne geschiedenis biedt geene stof aan, waaruit een Tacitus of een Gibbon een werk kan samenstellen, dat geschikt is het verstand te boeien. Daadzaken zijn wel is waar in massa voorhanden, maar zij kunnen niet gegroepeerd worden, er bestaat geen zamenhang tusschen.

De voorste ledematen zijn langer, de achterste korter dan bij den Mensch. Zij hebben geen staart. De glad neerhangende beharing ontbreekt op het gelaat en de teenen. Van de vier bekende geslachten zijn twee Gorilla en Chimpanzee bewoners van Afrika; de Orang-Oetan en de Gibbon komen in Zuid-Azië voor.

De gang van den Gibbon is dan ook een hoogst gebrekkig waggelen op de achterpooten, een onbeholpen voortschuiven van het lichaam, dat slechts door de uitgestrekte armen in evenwicht kan worden gehouden. Hun klimmen en huppelen in de boomen echter is een prachtige, vervroolijkende beweging; 't is alsof haar geen grenzen gesteld zijn, alsof de zwaartekracht haar geen belemmeringen in den weg legt.

I. 269 volgg.; Emmius, Lib. III. p. 39 seq.; Oudheden en Gestichten, Nabericht van v. Rhyn, bl. 368; Wagenaar, Vad. Hist. I. 289; Beda, Hist. Eccl. Lib. I. cap. 12 etc. en Chronicon; Jancko Douwama, Boeck der Partijen, p. 37; Westend. Jaarb. I. bl. 26; Overzigt van v. Halmael hiervoren § 7, jaar 449; Gibbon, Hist. of the decline and fall of the Rom. Emp. Ch. 38. IV. 395; Hume, Hist. v. Engel.

Gervais is van oordeel, dat het eene uitgestorven soort is, de pliopithecus, terwijl Rütmeyer meent, dat het een Indiaansche gibbon is; in ieder geval heeft hij de grootste overeenkomst met die langarmige, staartlooze apen. Volgens Rütmeyer is die oorspronkelijke gibbon één der voorouders van den siamang van Sumatra.

Hoe lang deze armen in verhouding tot het overige lichaam zijn, blijkt vooral, wanneer men ze met die van den mensch vergelijkt. Bij ons komt, zooals bekend is, de afstand tusschen de middelvingertoppen der zoover mogelijk zijwaarts gestrekte armen met de lichaamslengte overeen; bij den Gibbon is zij het dubbele daarvan.

In 1835 heeft hij bij Auch den pliopithecus gevonden, die nauw aan den gibbon verwant is. Later heeft hij den dryopithecus beschreven; men kent daarvan echter alleen de benedenkaak en het sleutelbeen. "De dryopithecus," zegt de uitnemende geleerde, "was een zeer ontwikkelde aap. Hij kwam in verschillende bijzonderheden met den mensen overeen.