United States or Nigeria ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wanneer dan in dien dorren, rampzaligen tijd van innerlijke versteening een jongeling gevonden wordt, die haar gezang hoort, in wien, wanneer een der kleine slangen hem met haar bezaligende oogen aanziet, die blik het voorvoelen ontsteekt van dat verre, wondervolle land, tot waartoe hij zich stout kan verheffen, als hij slechts den last van het alledaagsche afwerpt en in hem met de liefde voor de slang het geloof wast aan de wonderen der natuur en vol gloed en leven aan zijn eigen bestaan te midden van die wonderen, dan wordt die slang de zijne.

Dit zij hoe het zij. Gij leeft en gloeit in mijn hart, lieflijke, liefste Serpentina en slechts gij kunt het eindelooze smachten koelen, dat mij verteert. „Wanneer zal ik u in de bezaligende oogen zien lieve, lieve Serpentina!” Aldus riep de student Anselmus hardop. „Wat een verachtelijke, onchristelijke naam,” bromde een basstem naast hem, welke die van een huiswaarts-keerenden wandelaar was.

Het was als speelden met duizenden weerschijnschemeringen allerlei gestalten op het glanzend gepolijste goud menigmaal zag hij zichzelf met smachtend-open armen o, naast den vlierstruik en Serpentina wond zich omhoog en omlaag hem aanziend met haar bezaligende oogen.

De onzegbare vervoering van het eindeloos verlangen brandt in de bezaligende oogen; zoo ziet zij Anselmus aan, zeggende: „Mijn geliefde! de lelie heeft haar kelk ontsloten het hoogste is vervuld, kan er een zaligheid zijn, die de onze nabij komt?” Anselmus omvat haar met de vurigheid van het hevigst verlangen met stralende vlammen brandt de lelie boven zijn hoofd.

Evenals op Hemelvaartsdag, omvatte hij den vlierboom en riep in de bladeren en twijgen: „O, slinger en strengel en wind u maar eenmaal nog door de twijgen, opdat ik u zien moge. En zie mij nog eenmaal aan met uw bezaligende oogen.