United States or Argentina ? Vote for the TOP Country of the Week !


Beste mijnheer Anselmus”, zeide de archivaris Lindhorst, „gij hebt nu reeds menig handschrift snel en goed tot mijn groote tevredenheid gecopieerd; gij hebt mijn vertrouwen weten te winnen; maar het belangrijkste blijft nog te doen, dat is het overschrijven of juister nateekenen van zekere in ongewone teekens vervatte werken, die ik in dit vertrek bewaar en die slechts ter plaatse gecopieerd kunnen worden.

Veel sprak de student Anselmus over zijn van andere zijde erkende vaardigheid in de kunst, over Oost-Indischen inkt en uitgezochte ganzepennen. Toen reikte archivaris Lindhorst hem het Engelsche blad toe en zeide: „Oordeel zelf!” Anselmus stond als van den bliksem geraakt, toen hem zijn eigen handschrift zoo hoogst erbarmelijk voorkwam.

Maar donker voor zich heenziende, blies de student Anselmus rookwolken in de lucht en zijn wrevel brak eindelijk uit, toen hij sprak: „Het is waar, ik ben voor alle mogelijke jammer en ellende geboren!

Dat is de avondzon, die zoo in ’t vlierboschje speelt,” dacht de student Anselmus, maar toen weerklonken wederom de klokjes en Anselmus zag hoe één slang haar kopje naar hem neerboog.

De meisjes, die nevens hem gezeten hadden, schreeuwden van schrik en vluchtten naar de andere zijde van den gondel; de griffier Heerbrand zeide conrector Paulmann iets aan ’t oor, waarop deze verscheidene dingen antwoordde, waarvan de student Anselmus slechts verstond: „Dergelijke aanvallen, nog niet opgemerkt?”

Conrector Paulmann en griffier Heerbrand stootten een schaterlach uit, die dreunde door het vertrek, en daartusschendoor kermde en steunde Veronica als verscheurd door onuitsprekelijke ellende, maar de student Anselmus voelde zich doorschokt van den waanzin der innerlijke ontzetting en zonder bewustzijn stormde hij de deur uit en de straten door.

Wat ziet gij dan wat ziet gij dan?” Maar Veronica kon niet antwoorden, ofschoon het haar toescheen, alsof allerlei verwarde gestalten in den ketel dooreendraaiden; duidelijker en duidelijker doemden figuren op en opeens trad de student Anselmus uit des ketels diepte, terwijl hij haar vriendelijk aanzag en de hand reikte. Toen riep zij uit: „O, Anselmus! Anselmus!”

Gij sloopt rond met droeven blik als een die hopeloos bemint en alles, wat gij de menschen op zoo velerlei wijze in bonte dooreenwoeling zaagt verrichten, wekte bij u geen smart en geen vreugde, als behoordet gij deze wereld niet meer toe. Is het u, goedgunstige lezer, ooit zoo te moede geweest, dan kent gij uit eigen ervaring den toestand, waarin zich de student Anselmus bevond.

Zoodra archivaris Lindhorst den naam Heerbrand noemde werd het den student Anselmus weder te moede, als stond hij met beide voeten op den grond en als was hij werkelijk de student Anselmus en de voor hem staande persoon de archivaris Lindhorst.

Toch zijn er kostelijke beschrijvingen in, van een voliére met wonderlijke vogels, een heksenkeuken, en een allerkluchtigste dronkemanspartij van twee ingetogen geleerden en een nog ingetogener student, die de wonderlijkste wartaal uitslaan, zulke wartaal als Hoffmann nu eenmaal zoo geniaal weet weer te geven. De ongevallen van den student Anselmus.