Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 mei 2025


Toen klonk Renée's bevende stem: "U wilt mij spreken, juffrouw? Kom even met uwe kindertjes in het spreekkamertje." Want de jonge vrouw had twee kinderen bij zich, een knaapje van twee jaar en een kleintje van weinige weken. Renée's blik bleef op het gezichtje van het jongentje staren; aan wien herinnerde het haar toch met zijne donkere oogen en eigenaardigen wenkbrauwboog?

Zijn oog is zwart en schitterend; en ofschoon de vorm daarvan iets minder aangenaams heeft, straalt u van onder den langen wenkbrauwboog, die het overschaduwt, eene zachte uitdrukking tegen. Zijn mond is een weinig groot en niet zuiver besneden; maar zijn lippen plooien zich gemakkelijk tot een glimlach, en laten, als zij zich openen, twee rijen witte en regelmatige tanden zien.

En wat meest enkel de enge tent Bij nacht bespieden mag, Staat nu op elks gelaat geprent Bij helderlichten dag: Het droomgordijn is opgehaald, De waereld, waar hun ziel in dwaalt, Weêrkaatst haar tooverlicht, Den glans, die van haar beelden straalt, Op ieders aangezicht. Hoe beeft de ruige wenkbrauwboog!

Zij schiep die schoone verf, waarvoor de roos moet wijken, Die oogen, vol van tooverkracht." "'t Is onnavolgbaar!" galmde Reekalf uit. "Dat geestig kopje, rijk versierd met blonde lokken, Dien fijnen neus, zoo wel besneên, Dien wenkbrauwboog, om 't oog zoo zuiver heengetrokken, Dat mondje, slechts bestemd tot kussen en tot jokken." "Foei! Jokte Phyllis?" merkte Reynhove binnensmonds aan.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek