Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 juli 2025
Het octrooi van 1816 aan John Neville te Londen, behelsde onder andere: de aanwending van zoogenaamde occilerende stoomcilinders, dat is: cilinders, welke op eene as beweegbaar zijn, en waarvan de stang des daarin werkenden stoomzuigers, aan de kruk van eene omdraaijende hoofd-as gekoppeld is.
Telkens als de stoomzuiger eenen slag op- of neer doet, wordt dezelve gedrukt met een vermogen, dat met de spanning van den toegevloeiden stoom aan eene zijde des zuigers gelijk is, min den tegenstand, welken de zuiger aan de andere zijde door het onvolmaakt ijdel in den condensor ondervindt; de stoom, welke in stoomcilinders van lagen druk gewoonlijk werkt, gaat den gemiddelden druk des dampkrings omstreeks een vierde deel te boven; dat is bedraagt ongeveer 129 Ned. looden op eenen vierkanten Ned. duim; doch door het nimmer volmaakt ijdel binnen den condensor, heerscht aan de tegenzijde des stoomzuigers nagenoeg een tegendruk van 9 Ned. looden per vierkante Ned. duim, welke dus van de stoomspanning moet worden afgetrokken, waardoor elke vierkante duim van den stoomzuiger ter beweging voortgedrukt wordt met 120 looden per vierkante duim.
Wordt die snelheid door eene of andere oorzaak grooter, dan zullen de kogels van den regulateur zich van elkander verwijderen en den ring G G met den hefboom H ligten, waardoor dan de smoorklep de toevloeijing van den stoom door de stoomleibuis zal belemmeren; naderen daarentegen die kogels elkander, dan zal ring en hefboom dalen, terwijl de smoorklep vrijer doortogt aan den stoom door de stoomleibuis geven zal; daar nu natuurlijkerwijze, meerdere of mindere toelating van stoom in den cilinder eene meer of mindere snelheid aan den daarin bewegenden zuiger moet geven, zoo volgt dat zoodanige regulateur met de smoorklep verbonden, een zeer goed zamenstel oplevert, tot het doen behouden van eene gelijkmatige snelheid des stoomzuigers.
In het algemeen maakt men van eene zoo berekende grootheid, voor krachttoekenning aan een stoomwerktuig geen gebruik, maar bezigt eenvoudige regelen, waardoor men het aantal zoogenaamde nominale paardenkrachten vindt, welke het werktuig voor eenig te verrigten werk oplevert; die regelen geven wel is waar geen strenge of juiste uitkomst, maar voldoen zeer wel in de praktijk; de meestgebruikelijke regel is de volgende: Men vermenigvuldigt het getal ned. duimen, waaraan de middellijn des stoomzuigers gelijk is met zich zelf, het komende product met het getal ned. ellen, hetwelk de stoomzuiger in eene minuut tijds doorloopt, en deelt dit laatste product door 11016; dan zal het quotient het gevraagde getal nominale paardenkrachten wezen, welke het werktuig zal kunnen uitoefenen; elke paardenkracht gelijk aan een vermogen als in § 46 staat uitgedrukt.
In de figuren 8 en 9, is alleen ruim de hoogste en laagste stand van de stoomschuif, met den hoogsten en laagsten stand des stoomzuigers afgebeeld, dus geenzins de stoomschuif-standen, die met den hoogsten en laagsten zuigerstand overeenkomen; want bij het in beweging houden van de stoomschuif door de machine zelve, moet bij hoogsten zuigerstand de stoomschuif juist maar gereed staan, om stoom op den zuiger toe te laten, terwijl de stoom van onder denzelven; reeds uitgang naar den condensor vindt; zoo ook moet bij laagste zuigerstand de stoomschuif aanvangen, om stoom onder den zuiger te doen vloeijen, terwijl voor uitvloeijing van stoom, van boven den zuiger naar den condensor, reeds gelegenheid bestaat.
Maar nu is de vraag: met welke snelheid zal zoodanige zuiger, die door 3062 ponden gedrukt wordt, zich bewegen, ten einde derzelver vermogen daarnaar te kunnen berekenen; hierover moet gezegd worden, dat hoe langer de slag des zuigers is, hoe meer snelheid dezelve zal kunnen aannemen, altijd in de veronderstelling, dat genoegzame hoeveelheid stoom door den ketel geleverd wordt; aan stoomzuigers van bovengemelde middellijn wordt, voor landmachinen, veelal het dubbel der middellijn tot lengte van slag gegeven, dus hier 114 duimen, die, zoo wel dalende als rijzende, door den zuiger worden afgelegd; de voegzaamste snelheid voor zoodanige slaglengte is gelijk aan het afloopen van 60 ellen in eene minuut, waarvoor deze zuiger ruim 26 dalingen en even zoo vele rijzingen moet volbrengen; of omdat eene daling en eene rijzing, met eene omgang van het vliegwiel overeenkomt, ruim 26 vliegwielomgangen.
Het valt in het oog, dat er een stilstand moet plaats hebben telken reize, als de zuiger den top of den bodem van den cilinder genaderd is, dat is bij deszelfs keerpunten, zoodat daardoor de balans met de daaraan verbondene kruk en het vliegwiel, en in het algemeen alle deelen van het werktuig een ondeelbaar oogenblik stil staan; de kruk nogtans, met eenparige snelheid doorgaande, brengt te weeg: dat bij de keerpunten des stoomzuigers, geene schokking plaats vindt.
Hieraan nu gaat een aanmerkelijk gedeelte van het primitieve gevondene vermogen des stoomzuigers verloren, zoo zelfs, dat dit verlies op ongeveer 3/5 deelen van het eerst gevondene vermogen des zuigers geschat moet worden; de overblijvende 2/5 deelen van dat vermogen, zullen alzoo de eigenlijke nuttige uitwerking van dit stoomwerktuig zijn.
De rigting van de balans bij laagsten zuigerstand is door de gestipte lijn C a aangewezen, alsmede de overeenkomstige standen van luchtpomp en stoomzuiger parallel stroppen e f en a g, de parallel koppelroede f g en de parallel straalroede f H, terwijl ij het koppelpunt voor de luchtpompzuigerstang en g dat des stoomzuigers is; overigens is l l de lijn, welke de luchtpompzuigerstang en s s die, welke de stoomzuigerstang bewegende volgt.
Ter vermijding van pakking in hennep of vlas bezigt men ook uit- en inveerende metalen of ijzeren ringen, welke wijze van sluiting ook meermalen voor stoomzuigers gebruikt wordt. Daar de vorm en regeling van beweging der stoomschuif een uiterst belangrijk onderwerp is, zoo hebben vele deskundigen aanhoudend daarin naar verbetering getracht.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek