United States or Iceland ? Vote for the TOP Country of the Week !


En in deze vermomming, onbeholpen struikelend over zijn ongewone rokken, en een vloed van vrouwelijke verwenschingen doend neerdalen op zijn eigen hoofd, met een schrille falsetto om in zijn rol te blijven, en temidden van het brullen eener menigte die er op uit was om hem te lynchen, kwam de oorspronkelijke ontdekker van Herakleophorbia IV, den corridor der Chesterfield-Mansions af, midden tusschen die verwoede wanordelijke menigte, en verdween aldus geheel van het tooneel der gebeurtenissen die ons verder verhaal vormen.

Evenwel kan men het niet zijn paleis noemen: want het bestaat uit zulk eene wanordelijke groep van kiosken, tuinen, hoven en stallen, dat men even zoogoed zou kunnen zeggen dat het eene verzameling van huizen is met hun toebehooren, die zonder regelmaat of symmetrie gebouwd zijn binnen een park, omringd van hooge muren." Dit oordeel is volkomen waar, en nog heden ten dage ten volle nauwkeurig.

Maar toen Goethe de oorkonde aan Vrouwe von Stein zond, voegde hij er o.a. deze ontboezeming bij: Hoeveel heerlijker zou ik mij bevinden, indien ik, van den strijd der politieke elementen verre, tot kunsten en wetenschappen, waarvoor ik ben geboren, mijnen Geest kon wenden! Eigenmachtige, gedemoraliseerde ambtenaars voerden er een wanordelijke administratie en lieten het volk bloeden.

Lamberti, riep daarom de andere twee tot zich en zeide hen hoe groot de naam van hun vader was geweest, hoe groot de hunne en hoe groot hun rijkdom was en tot welk een armoede zij door hun wanordelijke verkwisting gekomen waren. Hij gaf hun den raad, voor hun ellende nog meer aan den dag kwam, met hem te samen het weinige wat hun nog gebleven was te verkoopen, en weg te gaan en zoo deden ze.

Een wilde, wanordelijke vlucht der aanvallers volgde, en de rog had zich dus ten eersten male goed tegen de helden verdedigd. Een der Weertenaren ging op het dak zitten, en keek vandaar naar het gruwelijk ondier. Een ander klom in een boom, en begon het met steenen te bombardeeren. Men zou het duivelsch gebroed, dat in 't rustig stadje uit de lucht was komen vallen, wel klein krijgen!

De levenswijze, handelingen, zeden en gewoonten van den Gekraagden Roodstaart herinneren in vele opzichten aan die van de voorgaande soort, met dit verschil, dat gene zich bij voorkeur op boomen ophoudt. Zijn gezang is beter, welluidender en rijker dan dat van zijn neef; de tonen van de 2 of 3 strophen, waaruit het bestaat, zijn zacht en fluitend, wel eenigszins droefgeestig, maar over 't geheel genomen toch zeer aangenaam. Ook hij bootst gaarne de geluiden van andere Vogels na. Zijn voedsel is hetzelfde als dat van den Zwarten Roodstaart; de Gekraagde Roodstaart zoekt het echter (in verband met zijn woonplaats) voor een deel van de bladen af en zamelt ook meer op den bodem in. Zijn nest bevindt zich in den regel in holle boomen, slechts bij uitzondering in muren of gaten van rotsen, bijna altijd echter in een holte en wel bij voorkeur in een holte met een nauwen ingang. Dit nest is slordig gebouwd; het bestaat uit een wanordelijke opeenstapeling van dunne worteltjes en halmpjes en is van binnen rijkelijk gevoerd met veeren. De 5

"Eilaas!" zuchtte Dakerlia, de handen klagende opheffende, "de Isegrims, over de bloedige storing der lijkplecht verbitterd, komen zich wreken." "Die wanordelijke volkshoop?" vroeg Robrecht verwonderd. "Akelig, akelig! Zij zullen hier, onder onze oogen, iemand martelen!" "Wie zou het zijn, meent gij?" "Gave God, Robrecht, dat mijne vrees ongegrond ware. Arme Hacket!"

Hij merkte dat zijne behandelingen zeer vruchtbaar waren en dat Francine niet lang aan de behendige en rake grepen van zijne omzichtige bemeestering kon weerstaan. Na de eenigszins wanordelijke indrukken langs de Rijnboorden en de uitspattende impressies in de parvenu-deftigheid der Duitsche handelssteden opgedaan, had hij haar zonder overgang in Venetië gebracht.

Zij trok dus haar beste pakje aan, en terwijl zij zich trachtte wijs te maken, dat zij noch opgewonden, noch zenuwachtig was, klom zij moedig twee donkere vuile trappen op, en kwam in een wanordelijke kamer vol tabaksrook, en in tegenwoordigheid van drie heeren, wier hielen zich in hooger luchtstreken bevonden dan hun hoeden, welke laatste kleedingstukken door geen van allen bij haar verschijning werden afgenomen.