United States or Bahrain ? Vote for the TOP Country of the Week !


Tot zóólang heb ik haar en haar kinderen ook nog moeten onderhouden; die stumperds zijn nu in ’t weeshuis.” „En hij?” „Zit ergens in Australië, geloof ik.” „Zoo’n schoelje!

Met innige vereering zagen de stumperds dan op tot de Vrouw met de lamp, die voor hen een engel der liefde was in deze gebouwen der verschrikking. Toen zij zes maanden onafgebroken had gearbeid in Scutari, en de lente gekomen was, begaf zij zich naar het Schiereiland de Krim, om met eigen oogen te zien, hoe het met de verpleging der gewonden gesteld was op het oorlogsterrein.

Ge hebt zeker ook gehoord van de 500 weezen, die hunne ouders aan de cholera verloren hebben. Arme stumperds; zoo jong en reeds ouderloos; doch ze hebben of zullen het nu beter hebben, dan ze het bij hunne eigen ouders ooit hadden en zouden kunnen hebben. Voor hen wordt nu gezorgd, terwijl bij hun eigen ouders weinig of niets om hen bekommerd werd. 10 Juni 1902.

De oorlogsmaterialen waren hun door ouders en buren zoo gaarne afgestaan, bij de gedachte, dat ook zij ondanks bittere armoede in staat waren, de kinderen in de frissche buitenlucht, hun kampleven te laten spelen. De moeders wisten bij ervaring, dat de stumperds, gesterkt door de weelde, die ze nu zoo volop genoten, de ontbering, die hun thuis wachtte, minder zwaar viel te dragen.

Ja, van die bittere ellende der armen, als 't winter is, hoor ik veel. Arme, arme stumperds! Ik correspondeer met een Friezinnetje; zij vertelde mij veel van de toestanden in Holland, vooral van de armen in Friesland. Zij heeft veel in den winter op den kouden grond gezeten bij arme menschen, die in krotjes op de hei wonen.

En als hij genoodzaakt is zijn ontslag te nemen, dringen de stumperds zich om hem heen, met moeite beweegt hij ze rustig naar hun dessa's terug te keeren, al zijn welsprekendheid is noodig om oproer te voorkomen... Ook dit is fictie, al meende D. D. vast en zeker dat het werkelijkheid was; nooit heeft hij begrepen, dat hij het tragisch slachtoffer van de veete tusschen regent en djaksa geworden is.

De menschen liepen met opgetrokken schouders, tot over hun ooren in wollen halsdoeken gewikkeld, als zwarte, sukkelige stumperds over al die harde, strakke blankheid; en de kinderen die van de dorpsschool kwamen leken van verre op misvormde kaboutertjes: de oorlappen der petten neergetrokken, de blauw-verkleumde handjes in de grijze wollen wanten, de neusjes purperrood en de waterige oogjes schreiend van de scherpe kou.

De derde zee, de grootste van de drie, richtte niet zooveel kwaad aan. Bijna iedereen was in het want toen ze aan kwam schuimen. Op het dek tolden misschien nog een stuk of zes half-bedwelmde, half-verdronken stumperds rond, happend naar adem en wegkruipend naar waar het veilig was. Zij gingen overboord te gelijk met het wrakhout van de twee booten die er nog waren.

Boeren en gendarmen hielden onophoudelijk de wacht: arme stumperds werden doodgeschoten; anderen vond men op de velden 's ochtends dood liggen, versteven van de kou, omgekomen van gebrek.

Zij klagen niet veel arme stumperds, maar zij voelen het daarom wel. Ik heb er iets van mee doorgemaakt, en weet er dus al wat van. Ik stel bijzonder veel belang in zulke jonge beertjes, en toon ze zoo graag, hoe ik hun warme, eerlijke, oprechte jongensharten op prijs stel, ondanks hun onhandige armen en beenen en hun slordige hoofden.