United States or Rwanda ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij had de troepen gelukkig door de woestijn tusschen Syrië en de Aegyptische Delta heen geleid en op dien tocht geen enkelen man verloren, hoewel in die streken vroeger reeds velen het leven hadden moeten laten. De Joodsche bezetting van Pelusium had die stad niet aan hun stamgenoot Antipater, maar aan hem, zonder slag of stoot overgeven.

Je krijgt zeker ook eens zulke breede horens en zulke manen, en als je in 't bosch bleef, zou je ook wel een kudde krijgen om te leiden." "Als hij daar mijn stamgenoot is, wil ik dichter bij hem komen en hem bekijken," zei Grauwvel. "Ik wist niet, dat een dier zóó prachtig kon zijn."

Duidelijk verschilt van den tot dusver beschreven aard van den Unau, die van den . Op dezen doelden de meeste reizigers bij de schildering van den Luiaard en in vele opzichten zijn de mededeelingen van de meeste berichtgevers op hem toepasselijk. Het valt niet te betwijfelen, dat hij veel minder begaafd is dan zijn stamgenoot.

Eene machtige partij verhief zich tegen den ouden en zwakken Khalief Othmân; even als zijn voorganger Omar, viel hij onder de dolken van sluipmoordenaars. Nu werd eindelijk Ali tot Khalief uitgeroepen; doch het twistvuur was daarmede niet gebluscht. Othmân's stamgenoot, Moâwiah, de stadhouder van Syrië, uit het geslacht der Omaijaden, verhief de vaan des opstands en der bloedwrake.

Zij doet zich echter in de huizen der bergbewoners te goed aan vet, boter, spek en ham; ook eet zij eieren en jonge Vogels en doet dit vaker dan haar langzamere stamgenoot, die veel minder goed kan springen en klimmen.

De sterkere Bruine Rat is, naar het schijnt, nog behendiger dan de Zwarte; zij zwemt althans veel beter en steekt haar zwarte stamgenoot, naar het schijnt, ook in het klauteren de loef af. Duiken kan zij bijna even goed als echte waterdieren. Zij beweegt zich in 't water gemakkelijk genoeg om de eigenlijke bewoners van het vochtige element goed na te jagen.

In Engeland wordt tegenwoordig aan de paardenfokkerij niet minder zorg gewijd dan in het Oosten. Nog geen tweehonderd jaar geleden fokten de Spanjaarden en Italianen veel beter Paarden dan de Engelschen; deze zijn echter sedert dien tijd evenveel vooruitgegaan als gene achteruitgingen. De vroeger zoo beroemde Andalusische en Polesina-rassen bestaan niet meer, terwijl daarentegen het Engelsche Volbloedras (thorough-breed, racing breed) als het uitstekendste lid van het Westersche of Europeesche hoofdpaardenras wordt beschouwd. Alleen door paring van individuën, die verschillende uitnemende eigenschappen bezitten, kunnen wezens ontstaan, waaraan deze eigenschappen vereenigd voorkomen, en alleen als deze wezens met huns gelijken paren kan men verwachten, dat hunne afstammelingen onverbasterd zullen blijven. Voor het verkrijgen en zuiver houden, van een uitmuntend paardenras is dus een zorgvuldige keuze van fokdieren noodig. Al sinds lang legt men zich in Engeland toe op het fokken van Paarden, die door een buitengewone snelheid op de renbaan kunnen schitteren. Het Engelsche Volbloedpaard is een product van dit streven. De eerste gebeurtenis, die voor de geschiedenis van dit ras belangrijk zou worden, was, dat Jacobus I (1603 1625) eerst eenige Arabische, later ook eenige Turksche hengsten en merriën naar Engeland liet komen, om gebruikt te worden als renpaarden en voor het veredelen van de inlandsche paardenslagen. Karel II (1603 1625) volgde dit voorbeeld en schafte zich toen Oostersche merriën (the royal mares) benevens eenige Oostersche hengsten aan. Het vaderland van deze merries is twijfelachtig. Schwarznecker vermoedt, dat zij uit Barbarije en Turkije afkomstig waren. Bij dit fokmateriaal kwamen later nog eenige Oostersche hengsten, waarvan vooral drie beroemd zijn geworden als stamvaders van vele vermaarde renpaarden. Deze zijn: Darley Arabian een uit de woestijn van Palmyra afkomstige, door Darley te Aleppo gekochte Arabische hengst, de vader van Flying Childers, het paard dat 1 Eng. mijl (1610 M.) in de minuut aflegde, en dat, op deze wijze dag en nacht doorrennend, in 17 etmalen den evenaar rondgeloopen zou zijn; deze was de overgrootvader van Eclipse (den stamvader van den Eclipse-stam), die in 3 seconden 7 sprongen van 25 voet deed , Godolphin's Berber wiens afstammelingen den Matchem-stam vormen , Byerley's Turc waaruit de Herodes-stam is voortgesproten, zoo genoemd naar het renpaard Herodes, die zijn eigenaar een winst van ruim 2 1/2 millioen gulden op de wedrennen verschafte. Ieder Volbloedpaard moet, om als zoodanig erkend te worden, ingeschreven zijn in het in 1791 aangevangen General Stud-book, hetgeen alleen geschiedt, als zijn stamboom geen andere voorouders aanwijst, dan Paarden, die in dit register voorkomen. Het Engelsche Volbloedpaard heeft een kleinen kop, een langen hals, die meestal gestrekt wordt gedragen; het staat dikwijls hoog op de pooten, heeft sterk ontwikkelde achterschenkels, een duidelijk zichtbaar spierstelsel en breede, stevige pezen. Hoewel dit ras door ieder onbevangen beoordeelaar minder schoon wordt genoemd dan het Arabische, wijl bij het Engelsche paard het streven naar doelmatigheid meer op den voorgrond stond dan het zoeken van een harmonieuzen lichaamsbouw, is het toch wat grootte, sterkte, snelheid en geschiktheid voor acclimatisatie betreft, ver boven het Arabische Volbloedpaard verheven; terwijl het als fokdier voor de vorming van uitmuntende rij- en tuigpaarden zijns gelijken niet heeft. Terecht noemt men het dan ook: "de edelste Europeesche stamgenoot van het Arabische paard. Vele paardenkenners beweren, dat het verschil tusschen beide rassen eenvoudig veroorzaakt is door gewijzigde levensomstandigheden en dat het Engelsche Volbloedpaard onvermengd Oostersch bloed in zijne aderen heeft. Het stamregister van dit ras levert echter het onomstootelijk bewijs, dat er geen enkel Volbloedpaard is, in wiens stamboom zoowel aan vaders- als aan moederszijde geen andere dan Oostersche voorouders voorkomen." Het volbloedpaard is niet anders "dan een door voortdurende reinteelt voortgebracht product van de wedrennen van de voorbereiding hiervoor (training) en van de door deze beide factoren bepaalde zorgvuldige keuze van fokdieren, verzorging en voeding." Zoowel door zijn lichaamsvorm als door zijne vermogens munt het hedendaagsche Volbloedpaard in alle opzichten boven zijne voorouders uit; het kan een hoogte van 1.75 en meer bereiken. (De hoogte van het Arabische Paard bedraagt 1.5

Toen Grauwvel hen zag, bleef hij eensklaps staan. Hij zag nauwlijks naar de koeien en de jonge dieren. Hij staarde naar den ouden stier, die breede horens had met veel takken, een hooge bult boven de dijen, en een langharig stuk vel hangende onder den hals. "Wat is dat voor een dier?" vroeg Grauwvel met een stem, die beefde van verwondering. "Hij wordt Kroonhoorn genoemd, en hij is je stamgenoot.

Hij is even moedig als zijn kleine stamgenoot; een onbedwingbare moordlust en de bloedgierigheid, die aan alle leden van zijn geslacht eigen is, maken de grondtrekken van zijn karakter uit.

Door middel van eene zeer fijne naald prikte Squambo in de huid door de gaatjes van dat papier. Het was eigenlijk eene tatoueerings-bewerking, welke de Indiaan uitvoerde, en in zijne hoedanigheid van stamgenoot der Seminolen moest hij daarin zeer behendig zijn.