United States or Tuvalu ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar het gevolg van die innerlike organisatie en de uiterlike beperking van de adel is nog bovendien dit een andere zijde van de ontwikkeling dat een groot deel van de krijgshaftige teugelloosheid van de wereld der baronnen onschadelik gemaakt moet worden, omdat die in de nieuwe maatschappij geen plaats kunnen vinden, niet in de nieuwe vormen »in-getemd" kunnen worden.

Zelfs de innerlike habitus der mensen komt onder de invloed van dit leven der hogere klassen en het sosiale leven op het adellik slot en aan het hof in hoofdzaak juist in die zelfde mate als dat het geval is waar dit elders in de geschiedenis voorkomt, aan de Indiese en Perziese hoven, die van de Italiaanse renaissance of bij het leven te Versailles.

Met het beeld der uiterlike schoonheid vermengt zich hier reeds de hoofse zedigheid en de innerlike schoonheid der ziel.

En verder: zo, in tegenstelling met de helder de zaken beschouwende, rustige, kalme klassieke geestesrichting, de romantiese geestestoestand beschreven kan worden als een toestand van innerlike onrust en spanning: een opgeschrikte, opgehitste fantasie, een sterk gespannen, golvend gevoel van verwachting, twijfel, ontbering, verlangen, dan is het bewustzijn van de tijd der kruistochten romantieser dan dat van enige andere tijd.

De invloed van deze vreemde beschavingen is, tegelijk met eigen innerlike ontwikkeling van het Ridderwezen en de kristelike sentimentele stromingen der 11de en 12de eeuw, wat het ontstaan der Ridderromantiek verklaart en mogelik maakt.

Maar evenals in de roman van Aeneas is het toch vooral in het liefdeleven dat de innerlike wereld, die tot nu toe alleen de theologen hadden nagegaan, zich nu voor de fantasie van de dichter opent. Nog meer dan de »roman d'Enée" zou de roman van Troje een voorbeeld voor de lateren worden door zijn beroemde schilderingen, waarin het vrouwenhart zijn liefdeleven blootlegt.

De jonge maagd voert een innerlike tweestrijd, zij moest de moordenaar van haar moeders broeder haten, maar haar »milde wîplichheit" zoals Gotfried zegt, waagt het niet toe te slaan.

De Duitse woorden »Tugend" en »gezogentlich" slaan op uiterlike zowel als innerlike eigenschappen. »Iemand die op hoofse wijze een ander een beker aan kan bieden," zegt een moralist, »en zijn handen houdt zoals het hoort, van zo iemand zeggen de mensen dadelik: »wat een welopgevoede knaap is dat toch, die is zeker deugdzaam, zie eens hoe deugdzaam hij zich gedraagt"." En een Duits boekje over »tafelmanieren" zegt: »Verloren is geen opgevoed man, heb ik wel horen zeggen, nooit kan een onopgevoede een plaats in de hemel verkrijgen."

Tegenover de baronnen die slechts aan hun goederen denken en strijd, en aan alles wat ze op kunnen nemen en aanraken, verkondigt de troubadour paradoxaal de vrijheid en rijkdom van het innerlike leven: daar buiten is het najaar en alles verwelkt, daar is het winter en alles bevriest, maar in mij staat de lente in de knop en bloeit het als in de zomer.

Maar waar de perceptie zo nauwkeurig en uitvoerig te werk gaat, is geen plaats voor die scala van gebeurtenissen en episoden waar de lichtvoetige fantasie der Bretonse vertellingen zich zo gemakkelik over beweegt. Met die zelfde innerlike drang tot klaarheid die men later ook bij Racine en het Frans klassisisme opmerkt, verstaat Chrestien de kunst zijn stof te simplificeren.