United States or French Southern Territories ? Vote for the TOP Country of the Week !


Verscheidene lantaarns werden ontstoken; vaten werden met water gevuld. De afgeloste roeiers werden onder bewaking bij den hortator gebracht. Ben-Hur was een van hen. Boven zijn hoofd hoorde hij de laatste toebereidselen maken: het ophalen van het zeil, het uitspreiden van netten, het bekleeden van het want met ossenhuiden.

Thans wachtte hem nog de zwaarste vernedering van zijne dienstbaarheid. Aan iedere roeiersplaats ging een ketting, van zware ringen voorzien. Van nummer tot nummer gaande legde de hortator den roeiers ketenen aan de voeten, zoodat zij in geval van tegenspoed geen kans van ontvluchten hadden.

De hortator noemde u den edelen Quintus Arrius, en zeide, dat ik volgens uw bevel hier moest komen. Hier ben ik. Arrius zag met bewondering naar het slanke gespierde lichaam en dacht aan de arena. Het optreden van den jongeling trof hem. Zijn toon en manier van spreken bewezen, dat hij zijn jeugd onder beschaafde lieden doorgebracht had.

Zijne oogen stonden helder en klaar, en de uitdrukking was meer nieuwsgierig dan uitdagend. Den onderzoekenden trotschen blik van den tribuun doorstond hij kalm, toonde geen spoor van haat of wraakgevoel, alleen diep gewortelde droefheid. Dientengevolge liet de tribuun zijn hoogen toon varen en sprak den slaaf vriendelijk toe: De hortator heeft mij gezegd dat gij de beste roeier zijt.

Meer dan eens voelde hij een onweerstaanbaren lust om den hortator iets toe te roepen, wat natuurlijk ten strengste zou gestraft worden. Gedurende zijn langen diensttijd had hij geleerd uit het spel der zonnestralen af te leiden welken koers de galei nam. Die kennis was hem te pas gekomen na hun vertrek van Cythera.

Daar het niet onmogelijk was de vloot in te halen vóór het aangewezen punt, bracht Arrius een groot gedeelte van den dag op het dek door. Hij ging alles zelf na en was over het algemeen zeer tevreden. N°. 60 verloor hij intusschen niet uit het oog. Kent gij den man, die daar juist zijn plaats verlaat? vraagde hij den hortator, die een aflossing bevolen had. Ja.

Horta, eene Romeinsche godin wier tempel steeds open staat. Overigens is van haar niets bekend. Horta, Hortanum, stad in Etruria, waar de Nar in den Tiber stroomt. Hortator of pausarius, de man, die op het schip de maat aangaf bij het roeien, hetzij met een hamer, hetzij met de stem, soms ook met de fluit.

Eindelijk weerklonken op het verdek de trompetten, lang, vol, klaar. De hortator sloeg de maat sneller en sneller; de roeiers roeiden met de uiterste krachtinspanning. Met onvergelijkelijke snelheid schoot de galei vooruit. Andere trompetten deden zich hooren alle van achteren, geen enkele van voren. Dáár vernam men slechts een verward gedruisch van stemmen, een algemeen tumult.

Deze ruimte was om zoo te zeggen het hart van het schip, de plaats van samenkomst voor allen: eetkamer, slaapkamer, exercitieveld. Aan het achtereinde der kajuit voerde een trapje naar een platform, waarop de hortator, of overste der roeiers zat, die met een stokje de maat aangaf voor de roeiers. Rechts van hem stond een wateruurwerk, om de aflossingen naar te berekenen.

Weldra werd alles weder stil, een stilte vol onbestemde, bange verwachting. Op een teeken van het verdek, dat den hortator door een onderofficier werd overgebracht, hielden de roeiers plotseling stil. Wat beteekende dat? Onder de honderdtwintig aan hunne banken geketende slaven was er zeker geen, die zich die vraag niet deed.