United States or Hungary ? Vote for the TOP Country of the Week !


Met Brevet zijn er nog slechts twee tuchtelingen, die Jean Valjean gezien hebben. 't Zijn de levenslang veroordeelden Cochepaille en Chenildieu. Men laat hen uit het bagno komen en brengt hen in tegenwoordigheid van den gewaanden Champmathieu. Zij weifelen geen oogenblik. Zij verklaren, evenals Brevet, dat het Jean Valjean is.

Of ik hem herken! wij hebben vijf jaren lang aan dezelfde keten gezeten. Zijt ge boos, oude?" "Ga zitten," zei de president. De deurwaarder bracht Cochepaille binnen; deze tweede tot levenslangen dwangarbeid veroordeelde, evenals Chenildieu uit het bagno gekomen en in 't rood gekleed, was een boer uit Lourdes, en een halve beer der Pyreneën.

Men hoorde een stem roepen: "Brevet, Chenildieu, Cochepaille! ziet hierheen!" Allen die deze stem hoorden voelden een huivering, zoo snijdend en ontzettend was zij. Aller oogen wendden zich naar de plaats, van waar zij gekomen was.

De advocaat-generaal eischte ten slotte dat, bij ontstentenis van Javert, de drie getuigen Brevet, Chenildieu en Cochepaille opnieuw gehoord en plechtig ondervraagd zouden worden.

Hij herhaalde bij zich zelven, wat hij bereids tot zich zelf had gezegd, toen hij de cabriolet van Scaufflaire huurde dat, welke ook de uitkomst mocht zijn, niets hem behoefde te weerhouden, met eigen oogen te zien, in persoon over de zaken te oordeelen; dat het zelfs voorzichtig was te weten wat er gebeuren zou; dat er geen besluit was te nemen dan na wel onderzocht en overwogen te hebben; dat men zich op een afstand alles vergroot voorstelt; dat eindelijk, wanneer hij dien Champmathieu, een of anderen ellendeling, gezien had, zijn geweten zich waarschijnlijk zeer verlicht zou voelen door hem in zijne plaats naar het bagno te laten gaan; dat, wel is waar, Javert, alsmede Brevet, Chenildieu en Cochepaille, oude tuchtelingen, die hem gekend hadden, er ook zouden zijn; maar zij zouden hem stellig niet herkennen.

Op 't oogenblik dat hij hem herinnerde, dat zijn eerloosheid hem het recht ontzegde, een eed te doen, hief Chenildieu het hoofd op en zag het publiek stijf aan. De president vermaande hem zich wel te bedenken en vroeg hem, zooals aan Brevet, of hij in zijn verklaring volhardde, dat hij den beschuldigde herkende. Chenildieu lachte luid. "Drommels!

Men leidde Chenildieu binnen, een tot levenslangen dwangarbeid veroordeelde, zooals zijn rood buis en zijn groene muts te kennen gaven. Hij onderging zijn straf in 't bagno te Toulon, van waar men hem wegens deze zaak had doen overkomen.

"Mijnheer de president, tegenover de verwarde, maar zeer behendige ontkenningen van den beschuldigde, die zich gaarne voor een idioot zou willen laten doorgaan, maar hierin niet zal slagen dit verzekeren wij hem eischen wij, dat het u en het hof behagen moge, opnieuw voor deze balie de veroordeelden Brevet, Cochepaille en Chenildieu, benevens den inspecteur van politie Javert te doen verschijnen, en hen ten laatste male wegens de identiteit van den beschuldigde met den tuchteling Jean Valjean te ondervragen."

Zelfs vóór de president en de advocaat-generaal een woord hadden kunnen zeggen, vóór de gendarmen en deurwaarders iets hadden kunnen doen, was de man, dien allen nog mijnheer Madeleine noemden, naar de getuigen Cochepaille, Brevet en Chenildieu gegaan. "Herkent ge mij niet?" zeide hij. Alle drie waren verwonderd en gaven door een hoofdbeweging te verstaan, dat zij hem niet kenden.

Hij hield op, aarzelde een oogenblik en zeide toen: "Herinnert ge u den gebreiden draagband met ruiten, dien ge in het bagno droegt?" Brevet werd van verbazing aangegrepen en zag hem van het hoofd tot de voeten met een ontstelden blik aan. Antwoord, is 't waar? "'t Is waar," zei Chenildieu.