United States or Dominica ? Vote for the TOP Country of the Week !


Gij moet het maar eens lezen, in het zevende tafreel; ook die mooie regels: »God is goed en groot« herhalen Alle heuvlen met hun dalen; Alle bergen die daar staan Als voor de eeuwigheid geschapen, Aan wier borst de wolken slapen; Aan wier voet, gelijk de blaân, Volken komen en vergaan; 's Heeren stem is op de waatren, Die Hij van Zijn vingertop Sprenkelde als een regendrop, En, wanneer de diepten schaatren, 't Bliksemvuur de wolken deelt, En de zee heur psalmen speelt Onder 't loeiend onweerklaatren, Dan ontblooten zelfs Gods haatren Met een huivring 't schennig hoofd; En de twijfelaar gelooft!

Woedend aangeschonnen, Stondt Ge onwrikbaar pal! Door het Helsche duister, Door der Heemlen luister, Door het wijd Heelal, Klinkt met kracht Uw: "'t Is volbracht!" En de palmen der viktorie Groenen door Uw glorie! Als een heldre sterre Straalt Uw kruis van verre Allen volkren aan. 't Is de Boom des Levens: Vrucht en bloesem tevens Menglende in zijn blaân!

Een kleed is 't, als van engelkens, van louter liefdebengelkens, die zijde en wolle en gouden blaân doen liggen, daar ze spelen gaan. Het rilt, bij elker schree, die 'k doe; het roert en 't ruischt, 'k en weet niet hoe; en 't riekt, alsof er reuke fijn van amber uit zou dampend zijn.

Kom haastig, haastig voort: 't zijn liefelijke wegen Zoo lang de lieve zon is op haar troon gestegen; Maar minder aangenaam en veilig, als de maan Haar twijfelachtig licht werpt door de donkre blaân. Het Woud van Ettrick.

En dat, mag de ijzel tak en stammen kronen, Het blonde goud van najaarsloof vergaan, Onder het doode blad de knoppen wonen, Wier bleeke kern ontspruit tot groene blaân, En dat, mag door mijn ziel de weemoed drijven Omdat ook háár de lange rust genaakt, Haar onverwelkbaar-zoete hoop zal blijven, Dat zij, na rust, tot schooner Zijn ontwaakt.

Op verre hofstee stierf met zwak geluid Een haanklaroen in 't brandend middaggloren, De insecten gonsden rond der bramen blaân... De bleeke roze zond haar geuren uit... Weet gij nog, Lief, hoe lang we in droom verloren Aan dit klaar water hebben stilgestaan?