United States or Cyprus ? Vote for the TOP Country of the Week !


Catharina van Siena is een der heiligen, die uit de zijwond van Christus gedronken hebben, gelijk het anderen ten deel viel, de melk van Maria's borsten te proeven: Sint Bernard, Heinrich Suso, Alain de la Roche.

Anderzijds verwondert het ons niet, bij een kenner der mystiek de onderstelling te vinden, dat SUSO de geschriften van THOMAS VAN CANTIMPR

Wel heeft de kok zijne beschuldigingen in een later geschrift herroepen, doch zijne eerste indrukken blijven er even merkwaardig om . Leerling van ECKHART, toonde HEINRICH SUSO, een tijdgenoot van RUYSBROECK, zich vooral in zijn eene hoofdwerk: het Boek der Waarheid, waarin de speculatieve mystiek tot de erkentenis van Gods wezen tracht door te dringen.

Het zoete lyrische gemoed van Suso vond van de sneeuwtoppen van het schouwen altijd weer den weg terug naar de bloemrijke verbeeldingen der oudere Bernardijnsche mystiek. Midden in de ekstase der hoogste contemplatie keert al de kleur en vorm der allegorie terug. Er waren nog andere wegen terug van de eenzame hoogten der individueele, vorm- en beeldlooze mystiek.

Blijft die spanning uit, dan verdooft alles tot schrikwekkende alledaagsche onheiligheid, een verbazende deeszijdigheid in geenzijdige vormen. Zelfs bij een subliemen heilige als Heinrich Suso, bij wien de religieuze spanning misschien geen oogenblik te kort schoot, blijft toch de val naar het ridicule niet uit.

Dit werk namelijk is een voortbrengsel der practische mystiek. Geboren uit een oneindig verlangen naar een hoogste goed, dat de ledigheid der ziel zal vervullen met duurzamen vrede, behandelt het vooral het lijden van CHRISTUS. De idealen der eeuwige waarheid, goedheid en schoonheid zijn door SUSO samengevat in het begrip der eeuwige wijsheid.

Heinrich Suso tatoeërt zich den naam Jezus op de hartstreek, en vergelijkt het met de beeltenis eener geliefde, die de minnaar in zijn kleed genaaid draagt. Hij zendt doekjes, waarop de zoete naam geborduurd staat, aan zijn geestelijke kinderen.

Het is vooral Meester ECKHART op wien wij hier het oog moeten richten, want de twee andere groote mystieken der 14de eeuw, SUSO en TAULER, waren beiden zijne leerlingen, al gingen zij ook eigen wegen. Meester ECKHART, "wien God niets verborg," zooals een schrijver van lateren tijd het uitdrukt, was in menig opzicht de grootste en zeker de diepzinnigste der Duitsche mystieken.

Misschien ook heeft SUSO persoonlijke betrekkingen aangeknoopt met Nederlandsche geestverwanten, toen hij, evenals ECKHART, van ketterij beschuldigd, in 1335 voor het Provinciaal Kapittel van 's-Hertogenbosch moest terechtstaan .

Want poëzie is hier in zoo menige uitstorting des harten, waar de Minne zich openbaart met "een kracht, innigheid en liefelijkheid als men later slechts bij Suso vindt". Poëzie is ook in beelden en vergelijkingen als deze: wie van minne sterft, dien moet men in God begraven; van het leven in God sprekend: zegt zij: de visch kan in het water niet verdrinken; de genade komt van boven: dat de arend zoo hoog vliegt, heeft hij niet aan de uil te danken; de ziel moet zich hoeden voor de zonde, zooals een muis die in de val zit en haar dood verwacht; zij wikkelde zich in de heilige Drievuldigheid, zooals een kind zich wikkelt in den mantel zijner moeder en zich vlijt aan haar borst.