United States or Monaco ? Vote for the TOP Country of the Week !


De goede Las Casas liet zich over die snoodheid vinnig uit, en met een oprechtheid, die hem tot eer verstrekt, schrijft hij: "Als vrome en vroede mannen, die de leiders en onderwijzers van den koning en de koningin waren, de onrechtvaardigheid van den slavenhandel niet inzagen, dan is het waarlijk geen wonder, dat de ongeletterde admiraal het groote kwaad er van niet begreep."

Burchard zweeg eene wijl en zeide dan eensklaps, zich met de hand op het voorhoofd slaande: "Ik ging het vergeten; maar de nieuwe snoodheid der Tancmars doet er mij aan denken. Het is eene zaak die mij geheel persoonlijk is en dus niemand anders aangaat; maar ik wilde er u van spreken om u niet te laten denken dat ik ze met inzicht u heb verzwegen."

Dit geschrift heeft hoofdzakelijk tot bouwstof gediend voor de Schrijvers van den Tegenwoordige Staat van Stad en Lande, I. 420 tot 502, bevattende Rennenberg's geschiedenis; voor van Meteren, in het breede 't beleg van Steenwijk vermeldende en voor Wagenaar over dit tijdvak, welke ook schijnt te betwijfelen: »of hem de kwaade uitslag zyns bedryfs niet meer dan de snoodheid en 't verraad gesmert hebbe."

Waarom antwoordt gij niet? Ook al wilt gij voor uw gevoelens niet uitkomen, dan antwoordt toch het bekende Grieksche spreekwoord in uw plaats, dat zegt "de waterkruik aan de deur" , en opdat men niet de snoodheid bega dit te verwerpen: Aristoteles , de God onzer Magisters, haalt het aan. Is er wel iemand uwer zoo dwaas, dat hij edelgesteenten en goud op de straat laat staan?

Om nog uw lage snoodheid te verzwarten, Roepe ik langs weg en markten, Uw ergste arglist uit; schoon ze openbaar Voor elk reeds is, opdat door deze maar Toorn moge ontbranden waar Anders slechts Liefde ontgloeien doet de harten. Nu moet wel de aarde om haar ontluistring rouwen; Want wat er 't hoogst te prijzen valt: de deugd, Bloeiend in blijde jeugd, Ontnaamt ge haar in deze hoofsche vrouwe.

"Een ander verklaart, dat gij nu en dan u aan den drank overgaaft." "Welke snoodheid! Ik heb nooit meer dan een enkel glas bier, en zeer zelden dan nog, op eenen zelfden dag gedronken!" "Het is ijdel gepraat ongetwijfeld, en het gerecht zal daaraan weinig gewicht toekennen. Men is op zoek naar ernstigere getuigen; dan, of men zulke wel zal vinden?" "Maar de notaris?

De heer WENZELBURGER te Delft, die zich in 'n Duitsch tydschrift-artikel aan iets van dien aard had schuldig gemaakt, werd voor 't gerecht geroepen om zich over die snoodheid te verantwoorden. Hy is vrygesproken, nu ja, maar is de vryspraak zooveel minder zot dan 'n veroordeelend vonnis zou geweest zyn?

Lycambes, Lykambes, z. Archilochus. Hij en zijne 50 zonen waren berucht wegens hun snoodheid en overmoed. Toen Zeus de aarde bezocht om zich van de boosheid der menschen te overtuigen, noodigden zij hem aan hunne tafel en zetten hem de ingewanden van een knaap voor, dien zij geslacht hadden.

Geen mensch, op 't dorp, zou het gewaagd hebben met zulk een man ook maar even om te gaan en nu stond Fonske vóór hem, vóór dat levend zinnebeeld van snoodheid en van zonde, alsof het niets was. Hij beefde ervan en sloeg eerst, als duizelig, de oogen neer. Hij kon den doorpriemenden blik van dien man niet verdragen.

De Wijze Man trad vooruit, wilde tot het volk spreken, het bedaren, maar, hij werd niet eens aangehoord en ... onvergeeflijke snoodheid, de bijl eens moordenaars durfde zich boven het hoofd van den grooten volksvriend verheffen. Zij viel neer en doodde den doorluchtigsten inwoner der Gentsche stad. Het nageslacht erkende de groote verdiensten van Jakob Van Artevelde.