United States or Somalia ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Ik doe het niet." "Je zult; hij is op mijn grondgebied." "Hoor eens, Joe Harper, wien behoort hij toe?" "Het kan mij niet schelen, wien hij toebehoort; hij is aan mijn kant en je zult hem niet aanraken." "Wedden, dat ik het toch doe. 't Is mijn schallebijter en ik zal met hem doen wat ik verkies." Op eens voelde Tom een klap op zijn schouder en Joe een anderen op den zijnen.

Joe nam een speld uit de panden van zijn buisje en begon de behulpzame hand te bieden om het diertje mores te leeren. Het spel werd terstond hoogst belangwekkend. Spoedig verklaarde Tom, dat zij met elkaar in botsing kwamen en daardoor geen van beiden iets aan den schallebijter hadden. Hij nam Joe's lei en trok een lijn op de lessenaar van boven naar beneden.

Eindelijk scheen de fortuin ten gunste van Joe te keeren en bij hem te blijven. De schallebijter deed wat hij kon om los te komen en werd bijna even opgewonden en angstig als de knapen zelven. Juist toen hij op het punt stond van de klauwen van Joe te ontsnappen en Tom's vingers alweder jeukten om hem in zijne macht te krijgen, versperde de eerste hem met zijne speld den weg tot zijn grondgebied.

Zij maakten zich gereed den Victoria moedig te ontvangen met pijlen en steenen, maar deze was die eilanden spoedig voorbij, waarboven hij scheen te zweven als een reusachtige schallebijter. Op dit oogenblik zag Joe naar den horizon en Kennedy aansprekende zeide hij: "Waarachtig, mijnheer Dick, gij die altijd van jagen droomt, zie hier uwe zaak." "Wat is het dan, Joe?"

Tom sloot den schallebijter in de percussiedoos, waarin onlangs de tor gevangengezeten had en de knapen namen afscheid van elkaar, beiden gelukkig in het bezit van een nieuwen schat. Tom bereikte het kleine eenzame schoolgebouw, waar hij met veel lawaai binnenstapte, hing zijn hoed aan een kapstok en ijlde naar zijne plaats.

Hij liet zijne hand in zijn zak glijden en een gloed van dankbaarheid, welke zich, zonder dat hij er zich zelf van bewust was, in een gebed uitte, overtoog zijn omhooggekeerd gelaat. Daar kwam tersluiks de percussiedoos voor den dag. Hij liet een schallebijter los en zette dien op de lage, platte lessenaar.

"Nu," zeide hij, "zoolang hij op uw grondgebied blijft, moogt gij hem prikken, en ik zal er mij niet mede bemoeien, maar als hij aan mijne zijde komt, moet ge hem met vrede laten, zoolang ik hem beletten kan de grenzen over te trekken." "Best! Vooruit maar; laat hem los." De schallebijter ontsnapte Tom en stak de evenachtslijn over.

"O 't is gemakkelijk aanmerkingen op een schallebijter te maken, die je niet toebehoort. Ik ben er mede tevreden; hij is groot genoeg voor mij." "O, er zijn schallebijters genoeg. Ik kan er wel duizend krijgen, als ik wil." "Wel, waarom vang je ze dan niet? Omdat je verduiveld goed weet, dat je niet kunt. Dit is een bijzonder vroege schallebijter: het is de eerste, dien ik dit jaar gezien heb."

Dien nacht kon ik het niet doen, omdat tante me stond te bespieden; maar ik zal dezen keer miauwen. Zeg eens, Huck, wat heb je daar?" "Niets dan een schallebijter." "Waar heb je dien vandaan gehaald." "Uit het bosch." "Waarvoor geef je hem?" "Ik weet het niet. Ik heb geen plan on hem te verkoopen." "Ook al goed. 't Is in alle geval een erg klein beestje."