United States or India ? Vote for the TOP Country of the Week !


Daar het plassend geluid, dat het slaan met den staart op den waterspiegel veroorzaakt, alleen dan wordt gehoord, als de Bever zich plotseling te water begeeft en onderduikt, en dit in den regel dan geschiedt, als hij een gevaar meent op te merken, letten trouwens alle zijne metgezellen op dit verre waarneembare gedruisch, en verdwijnen, zoodra zij het vernemen, in de diepte.

De rivier heeft, ter plaatse van ons bivak, eene breedte van zeshonderd-zeventig el, waarvan niet minder dan vijfhonderd el wordt ingenomen door eene zandbank, die bij hoog water onderduikt. Bij ons vertrek regent het een weinig. Omstreeks acht uur maakt Apatoe ons opmerkzaam op een plaats, waar boomen geveld zijn.

Is hij daarentegen voorzichtig genoeg om nu en dan om te kijken, dan is de jacht moeielijker, maar daarom toch niet hopeloos; het oogenblik waarin hij onderduikt, moet worden afgewacht, om de boot snel vooruit te doen schieten, den Zeehond achterna.

Indien hij toch onderduikt, voordat men hem op den afstand van een harpoenworp genaderd is, zoo let men er goed op, in welke richting hij zich beweegt, verandert een weinig van plaats, en kijkt voortdurend uit naar het punt, waar hij weer boven komt, en zoo voort. Als men dan eindelijk op den rechten afstand gekomen is, werpt men den harpoen naar hem, en de lijn volgt na.

Zoo sprak zij en zette den heer Droi een mooie, gebraden eend en eene flesch wijn voor, maar van de beste soort van mijnheer den baljuw, en zij maakte eene dienaresse, als van iemand die in 't water onderduikt, en zeide ook: "Plait-il?"

Na deze toebereiding, en als de kop en de pooten er afgesneden zijn, gelijkt het zoozeer op een jong Zwijn, dat men zich er in zou kunnen vergissen. Volgens Kappler springt het dier, wanneer het vervolgd wordt en zijn hol niet kan bereiken, in 't water, waar het onderduikt en zoolang blijft, tot zijn vervolger zich verwijderd heeft; hij vermoedt, dat het onder water verder zwemt.

De jacht heeft op verschillende wijzen plaats. Bij min of meer stil weder varen de jager in hunne "bidarkas," die een lange lijn beslaan, over de zee, tot zij een Otter bespeuren. Zoodra deze onderduikt, vormen de schuiten een kring rondom de plaats waar het dier verdwenen is, en kijken de jagers scherp uit. De Otter wordt, als hij zich opnieuw vertoont, door het werpen met speren en een gillend geschreeuw dadelijk naar de diepte teruggedreven; om deze plaats wordt nogmaals een kring gevormd, en deze handelwijze wordt voortgezet, totdat, de Otter, wien niet genoeg tijd gelaten is om behoorlijk te ademen, vermoeid wordt en door den naastbijzijnden jager wordt buit gemaakt. Zulk een jacht kan 2