United States or Laos ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar waarom meld ik dit U, die zulk een uitstekend pleitbezorger zijt, dat gij de zaken, ook al zijn zij niet van de beste, toch het best weet te verdedigen? Vaarwel, welsprekende Morus, en bescherm ijverig uw Moria. Van het land, 9 Juni 1508. Voordracht van Erasmus van Rotterdam. De Zotheid spreekt. Alleen door haar aanblik heeft de Zotheid de zorgen van haar toehoorders verjaagd.

"Geeft daarbij wel acht," zegt Moria, "dat het de kinderen zijn, de grijsaards, de vrouwen, de armen van geest, die door de godsdienstoefeningen het meest bekoord worden en, slechts natuurkinderen zijnde, het ijverigst zich om de altaren verdringen. Let er ook op dat de godsdienststichters in den regel felle vijanden der letteren zijn, en belijdenis doen van eene verwonderlijke eenvoudigheid."

De waarheid namelijk bezit, wanneer zij van niets kwetsends vergezeld gaat, een natuurlijk bekoringsvermogen; maar alleen aan de narren verleenden de goden die gaaf." De heldin van Erasmus heet Moria, en gelooft in hare olympische afkomst.

Eén geval van dien aard moeten wij hier vermelden: een vergeten gevangenis te Jeruzalem. De burcht Antonia, die zooals men zich zal herinneren twee derden besloeg van de heilige area op den berg Moria, was oorspronkelijk een door de Macedoniërs gebouwd kasteel. Later maakte Johannes Hyrkanus het tot een citadel ter verdediging van den Tempel, die toen ten tijde reeds als onneembaar werd beschouwd.

Meer dan eens weerklonken de heilige hallen op Moria van krijgsgeschreeuw. Schoon uiterlijk vereenigd hielden de bondgenooten ieder hun eigen belangen in het oog. De edelen haatten Joazar den hoogepriester, het volk daarentegen hing hem van harte aan. Toen Archelaüs viel sleepte hij Joazar mede in zijnen val. Annas werd door de edelen tot hoogepriester gekozen.

Keert hij zich daarna om, dan rusten zijne oogen op de bergen Moria en Sion ten noorden, den Berg der Ergernis aan zijne rechterhand, en den Berg van den Slechten Raad ter linkerzijde, welke bergen hij, zoo hij ten minste thuis is in de bijbelsche geschiedenis en in de overlevering, met groote belangstelling zal gadeslaan.

En wat nut zou het dan ook hebben door een bepaling U als het ware een schaduwbeeld voor oogen te stellen, daar gij mij thans van aangezicht tot aangezicht aanschouwt? Want ik ben, zooals ge ziet, die ware schenkster van alle goede dingen, welke de Latijnen Stultitia en de Grieken Moria noemen. De Zotheid verraadt zichzelf terstond. Waarom behoefde ik dit zelfs nog te vermelden?

"Welke Pallas heeft U op die gedachte gebracht?" zult ge zeggen. Vooreerst deed uw geslachtsnaam Morus mij dit plan opvatten, die even dicht bij het woord Moria komt, als gij ver van de zaak af zijt of liever, volgens aller eenstemmig getuigenis, daarmede volstrekt niets gemeen hebt.

Met niet minder regt zouden wij haar Love-in-Idleness kunnen doopen; naar den naam van het bloempje door welks sap, uitgedrukt op de oogleden zijner sluimerende gade, Oberon in Shakespeare's Midsummernight's Dream Titania met de dwaasste begoochelingen straft. Moria beroemt er zich op, tegelijk de ziel der wereld en het levend zelfbedrog te zijn.