United States or Pitcairn Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Goesti Djilantik, die de stedehouder van Karang Assem is geweest, eerst onder den vorst van Lombok, toen onder de Nederlandsch-Indische Regeering, is de afstammeling van een Hindoe-Javaansch geslacht, waarvan de stichter omstreeks de helft van de vijftiende eeuw naar Bali kwam om het eiland voor den vorst van Madjapahit te veroveren.

En het volk van Karang Asem spreekt nog met haat en vrees van den vorstenzoon K'toet, Goesti Djilantik's neef en doodsvijand, den zwaarlijvigen, vadsigen doe-niet, die zijn genoegen vond in folteren.

Natuurlijk niet uit "trouw aan het gouvernement," maar omdat zijn helder verstand hem de vergeefschheid toonde van den strijd tegen Westersche wapenen. Zooals hij het den poenggawa's had voorgehouden: "Wanneer het ei wil vechten tegen den steen, wie verliest dan?" Te Karang Assem loerden zijn neven, Poetoe en K'toet, op hem. Hij vluchtte naar het gebergte. Toen bleek de vriendschap van zijn volk.

Het voornamelijk uit groote stukken karang opgebouwde muurwerk moet in vroeger tijden de inwoners beveiligd hebben tegen overval van zeeroovers. Toen moet er dus te Lemoe-Lemoe meer te halen zijn gegeweest dan nu. Eenige prauwen lagen op stapel, waren in aanbouw. Met scheepsbouw moet de bevolking hoofdzakelijk in haar onderhoud voorzien.

De zes Bandongsche holen leveren ieder jaar gemiddeld 13.520, bij elken pluk dus 3380 nesten; zij worden dus door minstens 6760 Vogels bewoond. Het aantal nesten, dat te Karang Bolong wordt ingezameld, bedraagt 500.000 per jaar; wanneer men deze over de drie pluktijden verdeelt, blijkt het, dat de grotten hier door meer dan 33.000 Salanganen bewoond moeten zijn. De Chineezen betalen voor het pikol (61 3/4 K.G.) 4

Op den harden koraalbodem waarop somtijds maar weinig aarde en humus lag, groeiden die boomen toch, met hun wortels in de vele spleten en gaten der karang vastgehecht, welig.

Tien jaar later stierf de eene der twee stedehouders. Toen stelde de radja Goesti Djilantik in zijn plaats aan. Bij den kort daarop gevolgden dood van den tweeden maakte hij hem zelfs tot eenig stedehouder van Karang Assem. Djilantik betoonde zich een wijs en rechtvaardig bestuurder.

Goesti Djilantik van Karang Asem is een uitzondering; een alleenstaande mag wel gezegd; de overige Balische vorsten waren wat overal en altijd alleenheerschers zijn geweest: dwingelanden. Zij en hun volgelingen leefden van het kleine volk; en zij ontzagen het noch in zijn arbeid, noch in zijn eigendom, noch zelfs in zijn lijf en leven.

De Balische vrouwen laten de wetten wetten zijn, en lachen het leven aan met haar heldere oogen. Zij weten wel waarom. Goesti Djilantik Hij is nog in leven. In zijn zwaar ommuurde poeri te Karang Assem zit hij als een stille toeschouwer bij de dingen, waarvan hij zoo lang de krachtige bewerker en beweger is geweest.

Ter rechterhand zien wij de kust van Sumatra, waarboven de groote vulkaan Radjah-Bassa oprijst; ter linkerhand hebben wij de kust van Java, en varen dicht langs het schilderachtige vlek Merak, met den indrukwekkenden bergtop van den Karang op den achtergrond. Voor ons uit bespeuren wij het zonderlinge eiland Poelo-Renjang, door de Hollanders Dwars-in-den-weg genoemd.