United States or El Salvador ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zijne benoeming tot Kapitein-Generaal en andere voorvallen gaven aanleiding tot twisten tusschen hem en Prins Willem III, welke echter door diens uitzigt op de kroon van Engeland bedaarden, en in 1685, onder bemiddeling van den vermaarden Hoogleeraar Joh. van der Waeijen, daarna des Stadhouders Raadsman, geheel werden bijgelegd.

die, geboren in 1611, slechts 21 jaren bereikt had, toen hij den 14 Dec. 1632 tot Stadhouder en Kapitein-Generaal van Friesland, gelijk daarna ook van Groningen en Drenthe aangesteld werd.

Bezorgdheid der Hollandsche patriotten. Johan van Oldenbarneveld. Leicester, door de Staten-Generaal tot algemeen stadhouder verkozen. Graaf Maurits van Nassau, stadhouder en kapitein-generaal van Holland. Ontstaan der partijen. Blijde ontvangst van Leicester. Leicester te Utrecht. Zijne staatkundige misslagen. Reingoud, Prouninck en Burggraaf. Hunne willekeur. Het verbod van uitvoer.

de grondlegger van den Nederlandschen Staat, noemde zich Gouverneur van Braband, Holland, Zeeland, West-Friesland en Utrecht, Luitenant en Stadhouder-Generaal van Prins Matthias en Gouverneur en Kapitein-Generaal over de Nederlanden, toen hij, na de afwerping van het Spaansche juk, ook door de Staten van Friesland tot Stadhouder en Gouverneur van dit gewest werd benoemd.

Binnen korten tijd kon hij twee schepen, rijk met goud bevracht, naar San-Domingo afzenden. Hij maakte van deze gelegenheid meteen gebruik om Don Diego, den Onder-Koning, te vragen om eene aanstelling als Kapitein-Generaal van Goud-Castilië. De buitengewoon rijke lading der twee schepen was zóó in zijn voordeel, dat Don Diego geen oogenblik aarzelde om hem die aanstelling te verleenen.

Wel vielen Groningen en Drenthe hem af, door zich Prins FREDERIK HENDRIK te kiezen, doch de Friesche Staten aarzelden niet, hem den 23 Julij 1640 eenparig tot hun Stadhouder en Kapitein-Generaal aan te stellen, welke betrekkingen hem eerst tien jaren later mede door de twee genoemde naburige provinciën werden opgedragen . En dat ook hij door zijn beminnelijk karakter, krijgsdeugden en staatkundige bekwaamheden zich de hoogachting en erkentenis der Staten wist te verwerven, bleek mede daaruit dat zij hem in 1650 en op nieuw in 1661 een geschenk van 50,000 Gld. vereerden, en in 1651 hunne ingenomenheid met zijn huwelijk met Prinses ALBERTINE AGNES van Oranje, de dochter van FREDERIK HENDRIK, aan den dag legden, door haar, tot Kind of Dochter van Staat aangenomen, den Stadhouder tot Gemalin over te dragen en een geschenk van eene tonne gouds aan te bieden .

Toen in de algemeene Staten, na het sluiten van het verbond met Engeland het besluit genomen werd om den graaf van Leicester aan het hoofd van het geheele staatsbestuur te plaatsen en hem de waardigheid van gouverneur-generaal met de meest uitgebreide macht op te dragen, bewerkte Oldenbarneveld, dat Holland en Zeeland van hunne zijde den jeugdigen graaf Maurits van Nassau tot hunnen stadhouder benoemden en hem de waardigheid van Kapitein-Generaal over de geheele land- en zeemacht der beide provinciën opdroegen.

Misschien is het aan deze geldelijke ongelegenheden te wijten, dat hy in de wandeling Floortjen Dunbier werd genoemd, schoon 't ook zijn kan, dat hy dezen schimpnaam aan de Stichtenaren te danken had, die alles behalven ingenomen waren met den Hollandschen Kapitein-Generaal, wiens oorlogzuchtige aart hem zijne lastbrieven wel eens te buiten deed gaan, en die, wanneer de bevelen van Hertog Karel van Oostenrijk of van Margareta niet met zijne zienswijze strookten, stoutmoedig verklaarde, dat hy een man des Keizers was, en in diens belang handelde.

Kort daarop herhaalde zijne moeder deze aanbeveling, hetgeen ten gevolge had, dat de Staten van Zeeland op den 1sten Augustus 1660 besloten, hem tot Kapitein-Generaal en Stadhouder van hun gewest te benoemen, op welk besluit zij ten ernstigste bij de Staten van Holland aandrongen.

Den 3 Augustus 1620 werd hij door de Staten van Friesland tot Stadhouder en Kapitein-Generaal aangesteld, hoewel Groningen en Drenthe Prins MAURITS kozen en eerst na den dood van dezen, in 1625, hem deze waardigheid opdroegen. In alles betoonde hij zich een broeder waardig, die hem deze landen in vrede en voorspoed had achtergelaten, en hij spaarde geene zorg om hunne belangen te bevorderen.