United States or Saudi Arabia ? Vote for the TOP Country of the Week !


De duizeligheid, die geen invloed op hem kon oefenen, blies hem de giftige uitwasemingen in het gezicht, opdat hij verward en bedwelmd zou worden, en beneden in de zwarte, gapende diepte op de voortstroomende wateren zat de ijsjonkvrouw zelve met haar lange, witachtig groene haren en staarde hem aan met oogen als twee buksloopen. «Nu vang ik u!»

Als een bruisend water, tot ijs gestold en samengeperst als tot groene brokken glas, ligt de gletscher, het eene groote ijsblok op het andere gestapeld; beneden in de diepte bruist de snelvlietende stroom van gesmolten sneeuw en vloeibaar geworden ijs; diepe holen, groote kloven strekken zich daar beneden uit, het is een zonderling glazen paleis, en hierin woont de ijsjonkvrouw, de gletscherkoningin.

De ijsjonkvrouw reed op den suizenden wind over de diepste dalen heen. Het sneeuwdek strekte zich heelemaal tot aan Bex uit, de ijsjonkvrouw kwam ook daarheen en zag Rudy in den molen zitten, hij zat dezen winter meer in huis, dan anders zijn gewoonte was, hij zat bij Babette. Den volgenden zomer zou er bruiloft gehouden worden; zijn ooren suisden hem vaak, zoo druk spraken zijn vrienden daarover.

Vooral hebben zij de bloemen, de kapellen en de menschen lief, en onder deze laatsten hadden zij zich inzonderheid Rudy uitverkoren. «Ge vangt hem niet! Ge krijgt hem nietzeiden zij. «Grooter en sterker heb ik er wel gevangenzei de ijsjonkvrouw.

In den molen was zonneschijn, de schoonste Alpenroos gloeide er, de vroolijke, glimlachende Babette, schoon als de naderende lente, de lente, die alle vogels doet zingen van zomertijd en bruiloft. «Wat zitten die twee toch altijd bij elkander en steken hun hoofden bij elkaarzei de kamerkat. «Nu heb ik genoeg van hun gemauwDe ijsjonkvrouw.

De stroom voerde een ontwortelden boom met zich mee, in het water vertoonden zich wervelende kringen; het was de duizeligheid, meer dan een, die er op den voortbruisenden stroom draaiden; de maan verlichtte de sneeuw op de bergtoppen, de donkere bosschen en de witte wonderbare wolken, de nachtgezichten, de geesten der natuurkrachten; de bergbewoner zag ze door de vensterruiten, zij zeilden daar beneden bij scharen voor de ijsjonkvrouw uit; deze kwam uit haar gletscherkasteel, zij zat op het brooze schip, op den ontwortelden boom; het gletscherwater droeg haar den stroom af tot in het open meer.

De wind stuwde de bruine bladeren op; de sneeuw stoof in het dal, evenals op de hooge bergen; de ijsjonkvrouw zat in haar trotsch kasteel, dat gedurende den wintertijd in grootte toeneemt; de rotswanden stonden daar met ijzel bedekt, en dikke ijskegels, zwaar als olifanten, hingen daar naar beneden, waar de rotsstroom in den zomer zijn watersluier laat waaien; ijsguirlandes, uit phantastische ijskristallen samengesteld, hingen fonkelend aan de met sneeuw bepoederde dennen.

Dit menschenkind bezit een eigenaardige macht, die mij van zich stoot, ik vermag hem niet te grijpen, dezen knaap, als hij op de takken boven den afgrond zit, en hoe graag zou ik hem op de voetzolen kittelen of hem een buiteling in de lucht doen maken! Maar ik ben hiertoe niet in staat!» «Wij zullen het wel gedaan krijgenzei de ijsjonkvrouw. «Gij of ik! Ik, ik

De wind suisde om hem heen, en beneden in den afgrond bruisten de wateren van den ontdooienden gletscher, het paleis der ijsjonkvrouw.

Jonge jagers en jonge meisjes, mannen en vrouwen, die eenmaal in de kloven der gletschers neergezonken waren, stonden hier levend met een open en glimlachenden mond, en diep beneden klonken de kerkklokken van weggezonken steden; de gemeente knielde onder de gewelven der kerk, stukken ijs vormden de orgelpijpen, de rotsstroom speelde op het orgel; de ijsjonkvrouw zat op den helderen, doorzichtigen grond, zij hief zich naar Rudy op, kuste zijn voeten, en een ijskoude huivering ging hem door de leden, een electrieke schok ijs en vuur!