United States or Cabo Verde ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Ik geloof zelfs dat gij er te veel geledigd hebt," zeide Aylva, "en dat dit juist de oorzaak is van haar wegblijven. Wie het hart van een vrouw wil winnen," voegde hij er halfluid bij, "moet beginnen met zich zelven te betoomen: en dat deedt gij gisteren niet."

In ’t breede lommer van de lage boomen Glipt, glipt het beekje langs de holle boorden; Het streelt de blonde bloemen aan zijn zoomen, En zingt een lied vol murmelende akkoorden. Toen kost gij, lieve, uw lust niet meer betoomen, Maar waadde’ door de golfjes, die bekoorden: Zij wijken, nu zij bij uw voetjes komen, En kussend fluisteren zij liefdewoorden.

Holland prijz' zijn klaverweiden, Roeme op 't zuivelrijke gras, Zeeland, van dat erf gescheiden Door een woesten waterplas, Uit uw slibben, uit uw stroomen, Beurt gij, als Neptunus' bruid, Die de baren kan betoomen, 't Hoofd ter groene golven uit! Niet, als van uw nageburen, Welig, rijk Zuid-Beveland!

Wat was zij mooi zoo, met die roze kleur, als een weêrschijn van heur toilet, op hare wangen; wat was zij mooi in dien dartelen glans van bijna niet te betoomen vroolijkheid! Mooier, mooier dan eene van die anderen, mooier dan dat bleeke bruidje daar ginds. Hij had haar kunnen omhelzen, maar hij vroeg slechts met zijn oogen in de hare: En de polka vóor de pauze en de wals na het souper?

Beheerschen betoomen beteugelen bedwingen. Met kracht iemand of iets in zijn vrije beweging tegengaan. ~Beheerschen~ duidt aan, dat men zulks doet door de macht, waarover men beschikt; het wijst er door zijn afleiding op, dat men ~heer~ is, dat men doet gehoorzamen niet door leiding of bestuur, maar uitsluitend door zijn gezag, dat men weet uit te oefenen, of door de macht, die men bezit.

De vier vurige paarden, die naar den stal verlangden, joegen voort in galop; maar telkens moesten zij hun drift betoomen, want de weg is een echte zevenbergsche weg: dat wil zeggen, goed, overal waar de natuur daarvoor gezorgd heeft, maar doorgaans hobbelig, vol gaten en kloven, bezaaid met steenen en rotsblokken, en door afgronden omzoomd.

Ook Amor voelde die herinnring komen, En in mijn hart ontwaakt, vol droevigheid, Sprak tot mijn zuchten hij: "Nu gaat en schreit" En nauwlijks konden zij hun smart betoomen. Zij togen uit mijn borst weenende heen, En telkenmale als ik hen hoorde bracht Hun droeve roep de tranen mij in de oogen; Maar zij die 't diepste leden zeiden zacht: "O eedle geest!

Toch wordt dit verschil niet altijd in acht genomen. Het is goed zijn hartstochten te ~betoomen~, d.w.z. onder zijn bestuur, in zijn macht te krijgen en ze dus in hun snellen loop tegen te gaan. Het is noodzakelijk zijn blinde driften te ~beteugelen~, m.a.w. in te houden, te onderdrukken, zoodat zij niet meer werken. Hij kon van aandoening zijn tranen niet .

Vandaar al die visioenen, gissingen, veronderstellingen, romantische beelden, gewenschte avonturen, luchtkasteelen in de duisternis van den geest gebouwd, donkere, geheime verblijven, waar de hartstochten dadelijk huisvesting vinden, zoodra het hek geopend is en zij er binnen kunnen gaan. Het klooster is een beperking die, om het menschelijk hart te kunnen betoomen, het geheele leven moet duren.

In korten tijd had de veldheer door krasse maatregelen den opstand ~bedwongen~. Hoe verklaart gij nu de fig. beteekenis van: zijn lachen ~bedwingen~? Beheerschen en bedwingen kunnen betrekking hebben op een rust; ~beteugelen~ en ~betoomen~ doen denken aan hollende dieren, wier te snelle loop met kracht wordt tegengehouden en geleid of bestuurd.