United States or North Macedonia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toch was de plaats al vroeg van beteekenis. Sedert 1421 had van hier een gewone overvaart tusschen Holland en Brabant plaats, maar door het aanslibben der gronden en door het bedijken van den polder Stand-daar-buiten werd Oudenbosch meer afgesloten van het water en was het veer zoo moeielijk geworden, dat de Staten het in 1500 moesten verleggen naar een andere plaats.

Want als de Meer begint te komen aan de smalle bedolven akkers, van welke vele geen vadem breed zijn, hetzij tot Kudelsteert, Kalslagen, het westeinde van Aalsmeer en vele andere plaatsen daaromtrent, zoo zal het wezen gelijk de kanker, of een kwaadzeer, dat altijd in zich zelf verrot en nimmermeer ophoudt, zoodat daar weinig of geen land aan de Meer zal blijven, om hier namaals een' dijk te kunnen maken, ingeval het hierna gebeurde, dat men de Meer door nood zou moeten bedijken, of het ware, dat men verscheidene dorpen dáár wilde inhalen, hetwelk ongerijmd voorkomt en gansch niet gelegen.

»Doch ik wil mij achter dit algemeen bezwaar niet verschuilen, en tot de wet zelve overgaan: ik laat, zoo als ik zeide, de quaestie der spoorwegen geheel ter zijde liggen, om dadelijk en uitsluitend het onderwerp van het bedijken en droogmaken van het Haarlemmermeer te behandelen."

Ik zal nog een weinig verhalen van Colevelt voorstellen, vermits hij in zijn boeksken spreekt van den grooten boezem; welke zaak ik reeds genoegzaam in het voorgaande heb afgedaan: ook vraagt hij, wie zal verzekeren, dat het bedijken van de Haarlemmer Meer goed gelukken zal? Is dit niet eene dwaasheid? het schijnt, of Colevelt wel van alles verzekering zou willen hebben.

Hij noemt daarin als de voornaamste voordeelen: 1^o. de verdrijving van kwaadwillige vijanden, bijzonder van de hatelijke Groningers; 2^o. de orde en regelmaat van bestuur en het daaruit voor ieder voortspruitend ongestoorde genot van zijne bezittingen, vooral door de invoering van den Provincialen Raad en Geregtshof, waardoor de behandeling van zaken en de regtspleging op een goeden voet gebragt werden; 3^o. eene betere beveiliging van de zee, door het verbeteren van de sluizen en zeeweringen te bevelen, waardoor de overstroomingen later zijn verminderd, en 4^o. vermeerdering van vruchtbare landerijen, door het bedijken van het Bildt.

Nog tot een' toeslag en meer andere kwade kosten in voorraad, hetzij riet, rijs, takken, hout, ijzerwerk, spijkers en arbeidsloon, als men in het bedijken is; om de plempwerken dagelijks te onderhouden, zoo lang als het water in de Meer nog kracht baren kan; om in den ringdijk de kwade steden te voorzien en nog andere kosten meer. Idem.

Het bedijken van Meren, en het brengen van schadelijke, verderfelijke wateren tot goed land, is een van de noodwendigste, profijtabelste en Godzaligste dingen in Holland; want Holland is met vele groote steden en dorpen bezet, wordt daarbij sterk bewoond, en daarenboven is er geen land, alwaar men de boter en kaas zoo schoon, goed, smakelijk en rein kan maken, zoodat in andere Landen de voorzegde waren zoo begeerd zijn en getrokken worden, dat ze om hare deugd nimmer overvloedig genoeg schijnen te zijn, zoodat de oude landen niet minder van prijs werden, maar altijd meer en meer gelden gelijk blijkt uit de veelvuldige Meren en Moerassen, die in Noord-Holland vóór en na de Beemster bedijkt en tot land gemaakt zijn, welke ik hier navolgende zal verhalen

In 1431 hebben eenige Brabantsche kooplieden vele aanwassen en schorren om het Oude dorp van het land van "Ter-Tholen" laten bedijken en zoo verkreeg de nederzetting een handelsgebied op het aanwassende eiland. Daardoor had Tolen in 1438 zooveel beteekenis erlangd, dat het, evenals Reimerswaal, Kortgene, Goes, Vlissingen e. a. steden, een oorlogsvloot moest uitrusten tegen de Oosterlingen.

Reeds had Koning FILIPS II in 1557 WILLEM JANSZ., Burgemeester van Enkhuizen, toegestaan, om dezen »Inbochte van den Strande, het Worckumer-Hop genaempt, omtrent den sluyse, genoempt Kolderzijl, groot 300 mergen," te bedijken, toen de Staten van Friesland in 1605 en bij herhaling in 1610 daartoe octrooi verleenden aan Workum, dat de vergunning aan WILLEM JANSZ. bij overdragt had bekomen.

Van een plan opgemaakt, ten gevolge van een verzoekschrift door Dijkgraaf en Hoogheemraden van Rhijnland, om te worden gemagtigd tot het maken van eene uitwatering te Katwijk en tot het bedijken van de Haarlemmer en Leidsche Meren, aan de Staten van Holland in 1750 ingediend.