United States or Nauru ? Vote for the TOP Country of the Week !


Deze 20 cM. lange Vogel is donker omberbruin; de kop tot den nek en het midden van de keel, voorts de staartwortel, de aarsstreek en de onderdekvederen van den staart zijn wit; het oog is donker karmijnrood, de snavel zwart, de voet grijs. Hij bewoont de veel struikgewas bevattende bosschen van Abessinië, een verwante vorm die van Oost-Soedan. Erger schreeuwleelijken bestaan misschien niet.

Hun buikvlies is sterk met vet doorgroeid; een vetlaag, die van het onderlijf naar de aarsstreek loopt, vormt tusschen de pooten van den Vogel een soort van knobbel.

Bij het wijfje zijn de bovendeelen roestkleurig vaalbruin, op den mantel met zwarte overlangsche streepjes; een streep, die van den rand van het oog over de slapen naar beneden loopt, is roestgeelachtig wit; de wangen, de zijden van den hals en de onderdeelen zijn grijsbruinachtig, de kin, de borst, het midden van den buik en de aarsstreek lichter van kleur, meer vuilwit, de onderdekveeren van den staart vaal roestbruinachtig.

Hunne voor- en achterpooten hebben vijf teenen, de beide middelste zijn slechts weinig langer dan de zijwaarts gerichte. In de aarsstreek komt geen klierzak voor; twee klieren monden echter naast de aarsopening uit. Door het gebit en den bouw van het geraamte geleken de Otters nog zeer op de overige Marters.

Totale lengte 18, staartlengte 6 cM. De voorkop en het voorste deel van de kruin zijn bruingeel, de bovenkop en de zijden van den kop geelbruin, een smalle streep op den voorkop, de teugel en de keel zwart, de nek en de achterhals aschgrauw; de bovenrug is chocoladekleurig, de onderrug licht kastanjebruin; de krop en de borst zijn vuil grijsrood; de buik is grijswit; de aarsstreek en de onderdekveeren van den staart zijn zuiver wit.

Totale lengte 27, staartlengte 12 cM. Het vederenkleed is grasgroen, in de mantelstreek bleek olijfbruinachtig grijs uitvloeiend; het voorhoofd, het voorste deel van den bovenkop, de teugel, de wang, de hals en de borst zijn lichtgrijs, de kop bruinachtig met dwarse golflijnen, de onderborst en de buik effen lichtgrijs, de onderbuik, de schenkels, de aarsstreek en de onderdekveeren van den staart geelachtig groen, de vleugels van boven indigoblauw in verschillende tinten, van onderen donker marineblauw, de staart van onderen groenachtig marineblauw.

Hare bovendeelen zijn licht grasgroen, de bovenkop, de nek en de slagpennen roodbruin, de bovenrug en de staartwortel turkooisblauw; de onderdeelen berylgroen, met uitzondering van de blauwe aarsstreek; de hooggele keel is van de borst door een donkerzwarten band gescheiden, de fluweelachtig zwarte teugel van onderen met een hemelsblauwe zoom omgeven. Totale lengte ongeveer 20, staartlengte 8 cM.

De Bonte Specht, die in sommige streken van Noord-Holland ook wel Eksterspecht wordt genoemd (Dendrocopus major), mag als de meest bekende soort van dit geslacht beschouwd worden. Hij draagt zijn naam te recht, want zijn kleed is werkelijk buitengewoon bont. De bovenkop en de overige bovendeelen benevens een smalle teugelstreep zijn zwart; de teugels en de zijden van den kop tot aan de slapen, een langwerpige dwarsvlek op de zijden van den hals achter de zooeven genoemde benevens een breed, overlangs gericht veld op de schouders zijn wit; ook de onderdeelen, hoewel meestal door vuil verdonkerd, hebben deze kleur; een breede vlek aan den achterkop, de aarsstreek en de onderdekveeren van den staart zijn donker karmijnrood, de handpennen geteekend met vijf, de armpennen met drie witte dwarsvlekken, die op den opgevouwen vleugel vijf dwarsbanden vormen. Over de witte eindhelft van de beide buitenste paren staartveeren loopen twee zwarte dwarsbanden, terwijl de derde stuurpen slechts één zwarte dwarsvlek vertoont. Het wijfje is op den achterkop niet rood. De oogen zijn bruinrood, de snavel is loodkleurig. Totale lengte 23

Een uitgestrekt kin- en keelveld, de borst, de buik en de aarsstreek zijn wit, zoodat aan de onderzijde van het lichaam de bruine kleur beperkt blijft tot een band, die aan weerszijden van den snavelwortel tot den schouder en van hier dwars over de bovenborst loopt. De vleugels zijn bruinzwart met duidelijken, metaalachtig groenen weerschijn.