United States or Haiti ? Vote for the TOP Country of the Week !


Totale lengte 14, vleugellengte 10, staartlengte 7 cM. De bovendeelen zijn blauwzwart, met uitzondering van den staartwortel, die, evenals de onderdeelen, wit is. De oogen hebben een donkerbruine, de pooten, voor zoover zij niet bevederd zijn, een vleeschroode kleur; de snavel is zwart.

Zij is gekenmerkt door een krachtigen, zijdelings samengedrukten snavel met lange, naar onderen gekromde spits; op de washuid groeien eenige borstelige veertjes. De krachtige pooten hebben een tamelijk langen loop en lange teenen, die met harde, sterk gekromde nagels gewapend zijn. De lange, spitse vleugels reiken in den toestand van rust ver voorbij de bovendekveeren van den staart.

Zij is isabelgeel, op den rug donkerder, op den kop, de keel en den buik lichter van kleur; de slagpennen zijn zwartachtig; de nekband is zwart, het oog lichtrood, de snavel zwart, de poot karmijnrood. Totale lengte 31, vleugellengte 17, staartlengte 13 cM. Het vaderland van de Lachduif is Noordoost-Afrika en Indië.

Hier en daar worden zij op bepaaldelijk hiervoor bestemde vinkebanen gevangen; de roofdieren zijn voor haar echter gevaarlijker vijanden dan de menschen. De oogen zijn donkerbruin, de snavel en de pooten vleeschkleurig. Ook de Ortolaan is over een groot deel van Europa verbreid; hij komt echter slechts hier en daar, in vele gewesten niet of uiterst zelden voor.

De andere is aan de bovenzijde witachtig grijs, van onderen grijsroodachtig wit; een smalle streep van den rand van den snavel tot aan het oog, een langwerpige wangvlek die het oog gedeeltelijk omsluit, de vleugels, de middelste stuurpen en de spitsen van de overige stuurpennen zijn zwart.

Het oog is roodbruin, de snavel koraalrood, de voet lichtrood. Totale lengte 35, staartlengte 10 cM.; het wijfje is, zooals gewoonlijk, iets kleiner. In de 16e eeuw kwam de Steenpatrijs nog voor in de rotsachtige gebergten langs den Rijn, vooral in de buurt van St. Goar; thans is hij, wat Middel-Europa betreft, tot de Alpen beperkt en wel tot Boven-Oostenrijk, Opper-Beieren, Tirol en Zwitserland.

"Had hij er den snavel bij?" Francis keek mij even aan met zekere verwondering eer zij antwoordde: "Ik heb u gezegd dat hij op Willem den Derde geleek; hij had diens scherp gebogen neus." "Ook de allongepruik?"

Met opgerichte kopveeren en half gesloten oogen rekt hij den hals tot een buitengewone lengte uit en draait hem als een Slang zeer langzaam zoo, dat de kop verscheidene malen een cirkel beschrijft en de snavel nu eens naar achteren dan weer naar voren gericht is." Het is zoo goed als zeker, dat de Draaihals op deze wijze zijne vijanden of aanvallers schrik wil aanjagen.

Het oog is donkerbruin, de snavel zwart, de spits van den ondersnavel geelachtig, de voet donkerbruin. De lengte van 't lichaam bedraagt 18, die van den staart 7 cM. Terwijl de andere soorten van Piepers een bepaalde voorliefde toonen voor de vlakte en slechts hier en daar bergstreken bewonen, behoort de Waterpieper uitsluitend in 't gebergte thuis.

Een van hen, die eveneens vleugellam was, deed ik in Polly's kooi, hetgeen haar groote vreugde schonk. Zij kwam oogenblikkelijk op hem af, fluisterde hem haar deelneming in zijn ongeluk toe, streelde met den snavel zijn kop en nek en geraakte innig aan hem gehecht. Toen de nieuweling stierf, was Polly vele dagen lang onrustig en ontroostbaar.