Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 juni 2025


De hoornen van de Holhoornigen, die ook wel meer bepaaldelijk "hoornen" heeten, bestaan uit een scheede van hoorn, die een pit, gevormd door een beenig uitgroeisel van het voorhoofdsbeen omgeven. Deze worden in normalen toestand nooit afgeworpen.

Alle deelen van het geraamte zijn buitengewoon zwaar gebouwd: de schedel is bijna vierzijdig, plat en benedenwaarts gedrukt; het deel dat de hersenen bevat, is klein; de oogkas heeft een vooruitstekenden rand, die door het voorhoofdsbeen en het jukbeen gevormd wordt; alle overige beenderen zijn eveneens dik, plomp en zwaar.

Dit laatste is inwendig hol; de holte in 't voorhoofdsbeen heet de voorhoofdsboezem; en deze zet zich in de beenpit voort. Bij de geboorte zijn nog geene horens aanwezig. Weldra ontstaat aan weerskanten van den kop eene uitgroeiing aan 't voorhoofdsbeen, zoodat men twee knobbels opmerkt, die aanvankelijk door de behaarde huid van den kop bedekt zijn.

De opperhuidsvormingen, die de op het voorhoofdsbeen rustende beenpit bedekken, worden bij de Holhoornigen echter niet zooals bij de Herten afgeworpen, daar de kegelvormige gedaante van de aanrakingsoppervlakte van beenpit en hoornscheede en de samenhang tusschen de oude en de nieuwe hoornlagen het afvallen verhinderen.

Volgens een lijn, die over het midden van den rug loopt, is het door een vlies bevestigd aan de doornuitsteeksels van de wervelkolom; bovendien is het door middel van twee schilden aan de beide halfbolvormige uitsteeksels van het voorhoofdsbeen aangehecht; daarentegen wijkt het aan de zijden van den romp van de oppervlakte af en kan daar opgetild worden.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek