United States or Turkmenistan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Daaruit maakten zij op, dat men een onderaardsche gang binnengetreden was. Eindelijk trof een harsachtige rook hunne reukzenuwen, waaruit zij afleidden dat men fakkels ontstoken had om den optocht te verlichten. De marsch duurde nog ongeveer een kwartier uurs, waarna de palankijn op den bodem neergezet werd. Tonaïa liet zijne gasten uitstappen en liet hun den blinddoek afnemen.

Volgens Pharamond's meening was 't het oogenblik nog niet om van Makatit te gewagen. Men zou dat tot den volgenden dag uitstellen. Cyprianus was toen geheel hersteld en in staat om voor den koning te verschijnen. Het geheele hof was in de groote zaal van het paleis bijeen; Tonaïa en zijn beide gasten waren gezeten in het midden van den kring, door de hovelingen gevormd.

Het was ongeveer één uur in den namiddag, toen beiden de noordelijke helling van den bergketen, dien zij sedert drie dagen volgden, bereikten. Volgens de inlichtingen, die zij te Lopepo ingewonnen hadden, kon men niet ver meer van de hoofdstad van Tonaïa verwijderd zijn.

Hij was te loyaal van karakter en te trouw aan het eenmaal gegeven woord, om er een oogenblik aan te denken misbruik van het vertrouwen van Tonaïa te maken, en de kennis der onmetelijke grot, met kristalformatiën gevuld, te benuttigen; maar hij vond in die daadwerkelijke zekerheid eene te kostbare bevestiging van zijne stelling over de diamantlegeringen, om daaruit niet een nieuwen grond voor zijne onderzoekingen te putten.

"Gij!.... gij!.... vadertje!" riep de rampzalige Kaffer uit, toen hij Cyprianus herkende. "O, neem mij mede! Verlos mij!.... Ik wil nog liever naar Grikwaland terugkeeren, al moest ik gehangen worden, dan hier in die kippenkooi te blijven verwijlen, in afwachting van de vreeselijke marteling, die de wreede Tonaïa mij zal laten ondergaan, alvorens mij op te peuzelen!"

Zij was blijkbaar zeer ingenomen door de pracht van dat aanbod. Alleen Tonaïa bleef zijn strak staatkundig gezicht behouden, en gaf geen blijk van ingenomenheid. "Tonaïa is een groot vorst," hernam hij, terwijl hij zich op zijn zitbankje rechtop zette, "en hij wordt door de Goden beschermd!

"Hoe dat zoo?" vroeg Cyprianus verrast. "Luister. Mijne Bassuto's hebben nu zoo wat vier en twintig uren geleden een jongen Kaffer gevangen genomen, die in deze streken rondzwierf, en gebonden aan Tonaïa overgeleverd.

Tot deze laatste meening helde Pharamond Barthès over, want hij zeide fluisterend tot zijn vriend: "Tonaïa heeft mij toch verzekerd, dat sedert zijne troonsbestijging geene dergelijke plechtigheid heeft plaats gehad. Maar ik erken, dat het zien van die beenderen mijn vertrouwen zeer schokt!"

"O! een toovenaar," riep Cyprianus uit. "Nu is er geen twijfel meer, dat is Makatit." "Welnu, hij kan er op pochen, dat hij een fameusen dans ontsprongen is. Tonaïa heeft voor zijne vijanden een groote verscheidenheid van folteringen uitgevonden, die niets te wenschen overlaat. Maar, ik herhaal het, ge kunt tamelijk gerust over zijn lot zijn.

"Het moet, vadertje!" antwoordde de Chinees. "Ik zal een der giraffen nemen en dan noordwaarts optrekken!.... De hoofdstad van Tonaïa, waarvan Lopepo ons gesproken heeft, kan thans niet ver meer verwijderd zijn en ik zal het wel zoo maken, dat gij daar een goede ontvangst zult vinden.