United States or Malaysia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Op het voorstel der Commissie werden nu de resultaten der Conferentie in twee afzonderlijke acten neergelegd, die het elken staat vrij zou staan al of niet te aanvaarden, n.l.: Eene Additionneele Acte, die wijzigingen brengt in de artt. 2, 3, 5, 7, 12 en 20 der Conventie en in no. 1 en 4 van het Slotprotocol, en

Het Berner Slotprotocol no. 1 bevat nog een tweede lid, dat ook in de Add. Acte van Parijs is blijven staan. Het houdt de bepaling in, dat photographieën van beschermde kunstwerken, die met toestemming van den rechthebbende zijn vervaardigd, even lang beschermd zijn in het Verbond als deze kunstwerken zelve.

Wordt dit verzuimd, dan moet de bescherming onvoorwaardelijk en in haar vollen omvang verleend worden, tenzij natuurlijk men zich aan de oude bepaling van no. 3 Slotprotocol 1886 wil houden, die geenerlei verplichting oplegt. Hoe men in ons land over dit vraagstuk denkt, is mij niet bekend.

Bij deze bepaling, die tot 1908 ongewijzigd in stand is gebleven, wensch ik eerst een oogenblik stil te staan, om daarna de regeling, welke in 1908 te Berlijn daarvoor in de plaats kwam, afzonderlijk te bespreken. Over de uitlegging, die aan Slotprotocol no. 3 Conventie 1886 moet worden gegeven, loopen de meeningen uiteen.

Uitsluitend dus voor een land, waar dit het geval is of waar men van plan is eene wet in dezen zin in te voeren, zou het bij toetreding tot de Conventie eenigen zin hebben, de oude bepaling van het Berner Slotprotocol boven die van de Add. Acte te verkiezen. Doch wat zou men hiermede bereiken?

Evenals deze laatsten waren zij niet in de opsomming van artikel 4 opgenomen, doch volgens Slotprotocol no. 2 waren de Verbondslanden "wier wetgeving onder de dramatisch-muzikale werken ook de choregraphische werken begrijpt" gehouden ze van "de voordeelen der bepalingen der heden gesloten Overeenkomst" te laten genieten.

Men bleef dus, tot aan de herziening van Berlijn, bij de bovengenoemde bepaling van het Berner Slotprotocol, dat de verplichting tot internationale bescherming alleen oplegt aan de landen, waar deze werken reeds beschermd zijn, terwijl nog in een tweede lid aan de rechters, die deze bepaling zouden hebben toe te passen, de meest mogelijke vrijheid bij hunne uitlegging werd verzekerd.

Men neemt dan niet de verplichting op zich de bescherming der photographieën onmiddellijk in te voeren, doch gaat men hier later eenmaal toe over, dan zal evenals in het vorige geval die bescherming ook voor de photographieën uit de andere Verbondslanden gelden. Een beroep op de bepaling van het Berner Slotprotocol, zonder de wijziging die daarin te Parijs is gebracht, is hier uitgesloten.

Daar men echter de internationale bescherming van dit recht, daar waar het wél door de inlandsche wetgeving erkend werd, niet onmogelijk wenschte te maken, werd in het Slotprotocol no. 1 de volgende bepaling opgenomen: Ten opzichte van artikel 4 is men overeengekomen, dat de verbondslanden, die aan photographieën het karakter van kunstwerken niet ontzeggen, zich verbinden aan deze werken de bepalingen der heden gesloten overeenkomst van haar in werking treden af ten goede te doen komen.

In dit nummer van het Slotprotocol, waar het auteursrecht van den photograaf was geregeld, was de bepaling daarom niet op hare plaats. Bovendien was zij volkomen overbodig; ook indien zij niet bestond zou het verspreiden van eene reproductie van eene dergelijke photographie tegen de bepalingen der Conventie strijden, als inbreuk nl. op het recht van den auteur van het oorspronkelijke kunstwerk.