United States or Malta ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zij was bestemd, de onjuistheid van haar eigen meeningen te ontdekken, en te handelen in tegenspraak met haar meest geliefkoosde stelregels.

De fraaie, roestgele grondkleur van zijn vederenkleed is met zwarte vlekken geteekend. Bij voorkeur brengt hij den dag door in de alleenstaande boomen der met hoog gras bedekte, moerassige vlakten of op de boomen, die de kerkhoven der Javanen omgeven. Overal, waar zij voorkomen, hebben zij de aandacht van den mensch tot zich getrokken en aanleiding gegeven tot de zonderlingste meeningen.

Wie ~bezadigd~ is, windt zich niet spoedig op; de omstandigheden hebben weinig invloed op zijn gemoedstoestand; hij is in staat rustig over de zaken na te denken en laat zich niet door zijn hartstocht verblinden. Hij heeft in een ~bezadigd~ artikel zijn meeningen uiteengezet, zoodat zelfs zijn tegenpartij het met waardeering bespreekt.

't Was alsof ze getweeën kreeftsgewijs doorgingen, allebei noesch weg. De dame deed den heer af en toe stilblijven voor een modewinkel, en de heer haperde gewillig vóor de uitstalling van een boekhandelaar. Ze zeiden maar luttele woorden. Dat zijn brave getrouwde menschen, sprak Ameye. Zoo verschillend van meeningen toch? Ze geven malkander toe. Ze zijn redelijk. Zie!

Eigenlijk stelde hij alleen in zich zelf vertrouwen. De een kende den weg niet genoeg, de ander zou zich onderweg ophouden, een derde zou allerlei onvoorzichtigheden begaan. De meeningen van de meesten waren misschien een beetje voorbarig. Op den een viel niet veel staat te maken, en de ander was te zwak om de vermoeienissen van zoo'n verre reis door te staan, want het water was zeer ver.

Voor den middelmatigen mensch komt er een tijd, dat zijn geest vast wordt en dat zijn meeningen totaal onveranderlijk blijven. Wellicht neemt hij geen aanstoot aan de ontdekkingen der jongeren; maar zich ermee vereenzelvigen doet hij zeker niet. Hij zal zich misschien niet verzetten tegen nieuwe wijzen van optreden maar ze aannemen zal hij stellig niet.

Ik heb dien ongelukkigen heer zelfs een weinig gekend. Hij had een schoonvader, een rijke tante en bloedverwanten, geloof ik, die het kind dreigden te onterven, zoo het zijn vader bezocht. En zoo had hij zich opgeofferd, opdat zijn zoon eens rijk en gelukkig zou zijn. Men scheidde hem van zijn kind om politieke meeningen.

Zij was verstoord, dat hij zoo eigenzinnig was niet naar goeden raad te luisteren, maar hij.... ofschoon hij er niet voor zou hebben willen uitkomen: hij gevoelde zich een weinig wankelen in de onwrikbaarheid zijner, toch zoo langdurig overpeinsde meeningen: hij gevoelde een moedeloosheid drukkend op zijn vertrouwen zinken, den grond zijner verwachting voor zijn voeten wegdeinzen.... Langzaam streek hij de hand over het voorhoofd: beter zoo hij.... zoo hij wachtte....

Over het nut en de schadelijkheid van den Haas heerschen verschillende meeningen, al naar deze zaak door den bril van den econoom, of door dien van den jager wordt bekeken. Een onbevooroordeeld rechter zal de Haas echter, zonder voorbehoud, schadelijk moeten noemen, daar het voedsel, dat hij noodig heeft, minstens tweemaal zooveel waarde vertegenwoordigt, als het dier zelf.

Op godsdienstig gebied verkondigt hij soms stellingen, die met het volksgeloof in strijd zijn; op lateren leeftijd schijnt hij echter tot de algemeen gangbare meeningen daaromtrent teruggekeerd te zijn, of ingezien te hebben, dat het nutteloos was den strijd er tegen voort te zetten.