United States or French Southern Territories ? Vote for the TOP Country of the Week !


En zyn zo genaamt naar de Goën of Dorpen, in de Ooster- of Westerverdeeling gelegen; en de Wouden, om de veelheid van 't geboomte, dat eertyds mogelyk meerder is geweest, als hedendaags: en zo wat verlatynt zynde, wierden Estrachia, Westrachia en Forestensis genaamt, by de Schryvers in die taal.

Hoewel de Clorinda in de kreek van Clam Shell eenigermate gedekt lag, zoo was dit toch geen veilige ankerplaats, zelfs voor een vaartuig van geringe afmeting. De aandrang van het water, dat tusschen de eilandjes en den ooster straatweg gezweept werd, moest een zeer gevaarlijke branding doen ontstaan, die den toestand van het jacht hachelijk zou maken.

Wij mogen ons hier niet langer ophouden, maar stappen weder in den trein, passeeren het Kanaal van Hansweerd naar Wemeldinge, dat in 1867 is voltooid, om de Ooster- met de Wester-Schelde te verbinden, sedert de spoorwegdam gelegd is een recht kanaal, door hooge dijken ingesloten, dat als het ware over het land heen loopt en reizen ineens door naar Goes, om van hier het westelijk Zuid-Beveland nader te bezoeken en te doorwandelen.

Het gerucht hiervan bragt de Schieringers in Ooster- en Westergo spoedig tegen het Vetkoopersgezinde Leeuwarden op de been, die vervolgens deze stad innamen. Meester Pieter Sybrands Auckama, bijgenaamd Pinckert, Olderman der stad, sneuvelde in dit gevecht . Verg. hierbij Wassenbergh, Taalk. Bijdr. tot den Frieschen Tongval, II. St, bl. 17, noot f en bl. 156.

Voorts quam de Hertog te Groningen, en ordonneerde aldaar een kasteel te bouwen, tusschen de Ooster- en Heere Poort, met 5 bolwerken; dat het jaar daar aan is begonnen. Karel Brimeu, Graave van Megen, wierd Stadhouder van Friesland, van 's Konings wegen, na de dood van Arenberg.

Walburgs kerk, alwaar de burgers hem huldinge, pligt en eed deeden, volgens inhoud van het accoord. Daar na deed de Graaf een sterk en zwaar kasteel bouwen, tusschen de Steenstil en Ooster Poort, zynde voorzien met zeer wyde en diepe gragten en hooge wallen. In den jaare 1506 quam Hertog Georg in Friesland, en wierd ingehuldigt.

Van den Makelaar Velters heb ik weinig kunnen vernemen. Alleen blijkt mij uit een oud adresboekje, dat hij in de laatste helft der vorige eeuw Kerkmeester van de Ooster Kerk en dus nog in leven was. Hij schijnt wijselijk de poëzie voor meer winstgevende werkzaamheden te hebben laten varen: althans gedichten van hem zijn mij nooit voorgekomen.

In den jaare 1471 hebben de Groningers, na dat de Hertog van Beyeren hun den oorlog hadde aangekondigt, hunne stad zeer vast gemaakt; maakende eene aarde wal buiten de gragt, aan de zuidkant, met zes steene torens: ook een steenhuis aan de inloopinge van de Hunse en Aa: als mede de Heere en daar na de Ooster poort; en hebbende de stad tegenwoordig acht poorten, daarze bevoorens 'er maar zes had gehad.

Daar op quam de Graaf met zyne keurlyke krygsbenden, verzelt met veele Edelen, naar Groningen af; gaande de Magistraat van de Stad, benevens de jonge manschap en soldaaten, door de Poele Poort uit, hem tot aan Ooster Hoogebrug te gemoet, en deeden hem aldaar den eed van getrouwheid. By de Poele Poort gekomen zynde, ontfong hy uit handen van Burgemeesteren de sleutels van de stads poorten.