United States or Czechia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ik maakte het op uit eenige woorden, die hem ontvielen. "Het is zeker," zeide ik hem, "dat wij niet op ons uitgangspunt terug gekomen zijn; maar als wij den oever langs varen, komen wij stellig weder bij Gräubenhaven terug." "Als dat zoo is," antwoordde mijn oom, "is het noodeloos om dit onderzoek voort te zetten en het beste is naar het vlot terug te keeren. Maar vergist gij u niet, Axel?"

Gräubenhaven moest westelijker liggen. Niets was derhalve natuurlijker, dan zorgvuldig den omtrek dezer nieuwe landingsplaats te onderzoeken. "Laten wij op ontdekking uitgaan!" En Hans aan zijn werk latende, vertrokken wij. De ruimte tusschen het zeestrand en den voet der lage voorgebergten was zeer groot; wij hadden een half uur te loopen voor wij den rotsmuur bereikten.

Vloed, ebbe en magnetische helling. scheepstimmerhout. Het vlot. XXXII. Zeilklaar. Vertrek van Gräubenhaven. Het scheepsjournaal. Voorwereldlijke visch. Blindheid van dien visch. Axel's droom. Axel ontwaakt. XXXIII. Des professors ongeduld geboekstaafd. De lange zeereis. In het ijzer gebeten. Zeemonsters. Ontsteltenis. Strijd. De plesiosaurus bezwijkt. XXXIV. Nieuw gevaar. Iets gezien. Een eiland.

Wij geleken naar den man van Hoffmann, die geen schaduw had. Na eene wandeling van een mijl vertoonde zich de zoom van een onmetelijk woud, maar geen enkele der champignonboomen in de nabijheid van Gräubenhaven. Het was de plantenwereld van het tertiaire tijdperk in al hare heerlijkheid.

Gräubenhaven, dat zal zeer goed staan op de kaart." "Het zij zoo! Gräubenhaven dan." En zoo werd de herinnering aan mijn lief meisje verbonden met onze hachelijke onderneming. Er woei een noordoostenwind; wij vorderden zeer snel met den wind van achteren. De zeer dichte luchtlagen hadden eene aanzienlijke drijfkracht en werkten op het zeil als een sterke luchttrekker.

"Dat is een aardig eind, mijn jongen! maar dat wij juist onder de Middellandsche zee en niet onder Turkije of den Atlantischen oceaan zijn, kan alleen plaats hebben ingeval onze richting niet veranderd is." "Neen! de wind scheen in denzelfden hoek te blijven; ik denk dus, dat deze oever ten zuidoosten van Gräubenhaven ligt. "Wij kunnen ons er licht van verzekeren door het kompas te raadplegen.

Sedert ons vertrek van Gräubenhaven had professor Lidenbrock mij opgedragen om het "scheepsjournaal" te houden, om de geringste waarnemingen aan te teekenen, om de belangrijke verschijnselen, de richting van den wind, de verkregen snelheid, den afgelegden weg, met één woord al de voorvallen van dezen vreemden zeetocht te beschrijven.

Den avond van den volgenden dag was, dank zij de bekwaamheid van den gids, het vlot voltooid; het was tien voet lang en vijf breed; de balken van Surtarbrandur met stevige touwen aan elkander verbonden boden een vaste oppervlakte aan, en toen het te water was gelaten, dreef dit nieuwe vaartuig rustig op de golven der Lidenbrock-zee. Zeilklaar Vertrek van Gräubenhaven. Het scheepsjournaal.

Maar voor wij van land staken, doe ik eenige waarnemingen om den afgelegden afstand te berekenen, en teeken ze aan in mijn journaal. Wij hebben twee honderd zeventien zeemijlen van Gräubenhaven af doorloopen, en bevinden ons zes honderd twintig uur gaans van IJsland af, onder Engeland. Naderend onweder. De rotsen van den oever. Een orkaan. Werking der electriciteit. Hevigheid van den orkaan.

Hoewel ik zeker was een geheel anderen bodem te betreden, bemerkte ik toch menigmaal gemengde rotsen, wier gedaante mij aan Gräubenhaven deed denken. Men zou er zich soms in bedrogen hebben; beken en watervallen stortten bij honderden van de uitstekende rotsen af.