United States or Myanmar ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Daar dienen ze voor!" riep een vrouw, de mouwen opstroopend en de armen uitstrekkend, "om 't volk in beroering te brengen. Ze hinderen alleen fatsoenlijke menschen. Daar staan de toelisan's, de dobbelaars! Laten we de kazerne in brand steken!" Een betastte zich de armen en vroeg om "bediend" te worden. Klagende kreten kwamen onder de omgevallen banken vandaan: 't was een arme muzikant.

De menschen trokken hun beste plunje aan, en al de sieraden kwamen uit hun doosjes te voorschijn, zelfs de beroeps-kaartspelers en dobbelaars pronkten met mooie witte hemden, afgezet met groote diamanten knoopen, met zware gouden kettingen en keurige groote flaphoeden van stroo.

Maar de eene gek lacht beurtelings om den anderen en zij verschaffen elkaar wederkeerig genoegen. En ook zal men niet zelden zien, dat de grootste gek lacht om den kleinsten. Aan een dergelijke krankzinnigheid lijden mannen, die hun vrouw vergoden, jagers, bouwlustigen en dobbelaars.

Maar niettemin liet het Oostersche zich ook gelden: in hen, wel is waar, niet zoo sterk als in hun kinderen. Bijna allen werden zij hartstochtelijke dobbelaars in den omgang met de kratonbewoners, voor wie dobbelen de eenige uitkomst is uit de doodschheid van hun leege dagen. Zij dronken zwaar ook.

"Vijftien jaren, drie maanden en veertien dagen geleden, is het nog eens gebeurd!" antwoordde koelbloedig een oude speler, die tot de eerbiedwaardige klasse der ongelukkige dobbelaars behoorde. "Ja, mijnheer, en het was toen zomer wat zeer opmerkelijk is. Ik ben betaald, om er iets van te weten."

Gij komt juist bijtijds, zoon van Hur, zeide zij. Ik wilde u dank zeggen voor uwe gastvrijheid, want na morgen zal ik niet meer in de gelegenheid zijn dat te doen. Ben-Hur maakte een lichte buiging zonder zijne oogen van haar af te wenden. Ik weet, dat het onder dobbelaars gewoonte is, vervolgde zij, na afloop van het spel de rekening op te maken, en den gelukkigen winner te bekronen.

Dan geven zij den korten duur van het leven de schuld, als niet toereikend voor den grooten omvang van hun taak. Wat verder de dobbelaars aangaat, ik twijfel wel eenigszins, of hun een plaats in ons gezelschap toekomt.