xix

Bijgewerkt: 25 mei 2025

Minne, bl. 37 vlgg.; Belg. Mus., VII, 229; X, 84; Vad. Mus., I, 373, 377; Dissertatie van Dr. A. NIJLAND, bl. 152 vlgg.; Tijdschr. v. N.T. en L., XIX, 269 vlgg. Lied. en Ged., bl. 314 vlgg. Vad. Mus., I, 366-369, 387-391.

Gerrit Kalff - Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde, Deel I

HOLLANTSCHE MERCURIUS vervattende de voornaemste geschiedenissen enz. Dl. XV en XIX. Haarlem, 1665, 1668. HUART (C.I.). Mémoire sur la guerre des Chinois contre les Coréens de 1618

Hendrik Hamel - Verhaal van het vergaan van het jacht de Sperwer : En van het wedervaren der schipbreukelingen op het eiland Quelpaert en het vasteland van Korea (1653-1666) met eene beschrijving van dat rijk

De menschelijke Geest bezit adaequate kennis omtrent het eeuwige en oneindige wezen Gods. Bewijs. St. XXII v.d. St. XXIII v.d. St. XIX v.d. Gevolg I St. XVI en St. XVII v.d. St. XLV en XLVI v.d. H.t.b.w. Opmerking: Wij zien hieruit dat Gods oneindige wezen en zijn eeuwigheid aan ieder bekend zijn.

Benedictus de Spinoza - Ethica: In meetkundigen trant uiteengezet, vertaald, ingeleid en toegelicht: door Jhr. Dr. Nico van Suchtelen