United States or China ? Vote for the TOP Country of the Week !


En "al die armen zyn z'n broeders" zegt-i. Dat heeft Jezus gezegd, kathechizeerde Wouter.

Niets merkte Hoyer: "Nee, dat is een kast" zeide-i. En ik dacht, waarom zegt-i niet: "Pardon, dat is een kast." Dat zoud-i zeker later zeggen, over een jaar of zoo. De gangetjes waren nauw, de loopertjes smal, de trapjes naar rato, met dunne spijltjes, een beetje gedraaid, maar alles was netjes, keurig netjes, dat moest ik zeggen. Nog merkte Hoyer niets.

Ze willen klagen by pater. 't Is 'n zoodje! Hoe meer je geeft, hoe luier ze worden. En hoe brutaler ook. Dat heb ik altyd opgemerkt. Maar pater begrypt het niet, of hy wil 't niet weten. En als ik zeg: "'t Zyn rakkers, pater!" dan zegt-i dat we-n-allemaal zondaren voor God zyn, en dat hy ook z'n fouten heeft, en bly toe wezen mag dat God hem kleeren en eten geeft, en 'n mooie woning.

Ovidius knoopt aan dit alles eenige niet onbelangryke beschouwingen over liefde en artillerie, en wel bepaaldelyk over de vorderingen die 't gebruik van schietwapenen in onze dagen gemaakt heeft. Misschien ook, zegt-i, zou men genoodzaakt zyn, zekeren evenredigen achteruitgang te konstateeren, òf in de beminnelykheid van ouweheeren, òf in de ontvlambaarheid van 't vrouwelyk geslacht.