United States or Trinidad and Tobago ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar ook de Limburgsche sagen wijzen op een roemrijk verleden. Venloo beschouwt Valuas, een stamhoofd der Brukteren, als zijn stichter. Meer sporen hebben de Noormannen achtergelaten. Naar men verhaalt, kwamen zij tegen het einde der IXe eeuw de Maas afzakken en sloegen hun kamp op te Elsloo, van waar zij door Karel den Dikken werden verdreven.

Deze organiseeren des nachts een soort van Wilde Jacht door de lucht, als Sinterklaas en Sintermaarten, en "rijden" den overvloed van goede gaven op den palmpaasch, te Venloo voor de grooteren op een bord. Maar behalve de "rijdende" engeltjes heeft het Christendom de palmen aan den palmpaasch afgestaan.

Dit nu is geenszins merkwaardig, daar hetzelfde van tal van andere plaatsen wordt verhaald; zoo werd ook Haarlem gered door Kenau Hasselaer en Venloo door Geertrui Bolwater. Eigenaardiger is, dat Franeker gered werd, doordat twee maagden de laatste brooden van de wallen wierpen. De vijand dacht nu, dat de stad geen gebrek had en hief de belegering op.

Dit rijmpje wordt zoo goed als over het geheele land gezongen met tallooze varianten, waarvan wel de voornaamste zijn: Borkeloo, Almen enz.: 2. Twee ei paaschei. Venloo: 3. Drie ei is een ei 4. Vier ei is een paaschei.

A. F. de Savornin Lohman, Over de regten van den uitvinder, Themis 1862 pp. 213 sqq. Akademie van Wetenschappen en de zoogenaamde letterkundige en kunsteigendom. Eene kritiek door mr. J. Mosmans, Diefstal? Nederland en de Berner Conventie, Venloo 1905. Mr. A. A. de Pinto, Begrip en omvang van het auteursrecht volgens de Nederlandsche wet, Verslagen en Mededeelingen der Kon. Akademie van Wetensch.

Kunt ge het lemmer in den grond steken, dan komt het licht daar op af, en ge zijt verlost. In Hollandsen Limburg wandelt hij o.a. tusschen Arcen en Velden. Ook spookte eertijds een vuurman te Venloo in de nabijheid van den ondersten Houtmolen. De bewoners van den omtrek moesten hem elk jaar een kar zand, een paar blikken schoenen en zeven en een halven stuiver geven.

Daar wij echter slechts met een détail-speling, en niet met een eigen konstruktief denkbeeld te doen hebben, gaat het kwalijk aan, met den Heer C. L. van Balen van een afzonderlijken, Oudgelderschen, of Geldersch-Duitschen bouwstijl te spreken. Dit type wordt ook vertegenwoordigd in de provincie Limburg, niet het minst door het bekende "huis Schreurs" in de Groote Kerkstraat te Venloo.

Een juister indeeling zal, naar ik hoop, de vrucht wezen van ons uitgebreid, maar helaas door de tijdsomstandigheden bemoeilijkt, onderzoek der Zuidoostelijke dialekten. Ook hier groote differentiatie, evenals in het Brabantsch, maar die benoorden Venloo daarenboven op een ethnische reden stoelt.

Hiertoe behooren de rommelpotliedjes, waarover ik in het Eerste Deel, bl. 157 vlg. gesproken heb; de loopspelliedjes, met het diepzinnige spel van de Koningsdochter. Zie hier, hoe dit te Venloo gespeeld wordt. Een meisje ligt op de knieën. Alle meespelende kinderen houden den zoom van haar omgeslagen kleedje vast, behalve éen die tot het geknielde meisje vragen richt. Vr.

Eindelijk, de verwantschap van Midwinter- en Lentefeest blijkt o.a. ook nog hieruit, dat men te Venloo den 21sten December kinderen naar den Lichtenberg stuurt, om te gaan zien naar "het wijfje, dat daar peperkoek spint". De overeenkomst is hier sprekend met den 1en April: "Verzendekensdag," waarover nader.