United States or Greece ? Vote for the TOP Country of the Week !


De bovenmuts is op Walcheren zeer eenvoudig; zij heet trekmuts, omdat men ze van achteren met een lintje bijeenhaalt, en is van achteren driehoekig uitgesneden, om toch iets van het haar en den hals en de koralen te laten begluren.

Omtrent een half uur vóór de gestelde aankomst, stond er eene bijna oude vrouw eenzaam voor de bureelen van den ijzeren weg: zij was zindelijk gekleed, met eene kostelijke kanten trekmuts op het hoofd en eenen fijnen lakenschen mantel om het lichaam.

De hoofdbedekking bestaat uit een witte ondermuts en witte boven- of trekmuts, vrij eenvoudig van model, maar bijzonder gemaakt door de eigenaardige veelvuldige kleine plooitjes, en door de gouden sieraden die aan de slapen, naast en bijna voor de oogen hangen. De schoenen zijn lage muilen, op het land draagt men klompen.

De ondermuts, hagelwit en van gebloemd katoen, met kantjes er aan, sluit netjes om de slapen, maar komt van voren een goed stuk uit de bovenmuts uit. Deze heet gewoonlijk de langet muts, ook in Zuid-Holland en in Groningen. Op Walcheren haalt men ze van achter met een lintje bij, reden waarom ze trekmuts heet.

Ziet, zij heeft hare oude moeder gedwongen, hare kanten trekmuts tegen eenen zijden hoed te verwisselen en bottinnen aan hare voeten te rijgen, anders zou zij met haar niet meer willen uitgaan. Maar hoe ongelukkig ziet moeder Van Roosemael er uit onder haar kartonnen dak!

"Ik heb met engelachtig geduld u aangehoord; wees gij nu even toegevend voor mij en luister op mijne redenen. Trouwt onze Lisa met Frans Houtman, dan zal zij eene boerin zijn en tot het einde harer dagen moeten arbeiden en zwoegen, in nat en droog, van den morgen tot den avond, slechte kost eten en gekleed gaan als eene arme sloof, met eenen groven rok en eene trekmuts.

Het stilzwijgen duurde al eenigen tijd, en reeds waren de twee vrouwen binnen de stad, toen Siska, hare moeder van hoofd tot voeten op eene zonderlinge wijze beziende, tot haar sprak: «Maar, mama, hoe zijt gij toch gekleed! Het is gelijk eene arme sloor, met die leelijke trekmuts en dien mantel van den ouden tijd. Ik ben beschaamd voor de menschen.