United States or Vatican City ? Vote for the TOP Country of the Week !


Deze had zich onder de ontevreden Spanjaarden heel wat vrienden gemaakt, en daar deze laatsten het moeielijk verkroppen konden, dat Roldan, die eerst met hen samengespannen had, nu alweer de rol van Opperrechter vervulde, zoo ontstond er opnieuw gevaar, dat er onder de kolonisten, die zich nu nog al tamelijk rustig hielden, een opstand uitbarsten zou.

Over De Bobadilla en Roldan zou derhalve geen vonnis uitgesproken worden; de dood belette dat, maar in het voordeel van Columbus was dit niet, want veel, waarover de Admiraal terecht geklaagd had, kwam nu niet aan het licht. Zoo spoedig hem dit mogelijk was, had Columbus eene veilige ligplaats voor zijne schepen gezocht en doorstond daar, zonder eenige schade te lijden, den storm.

Op dien brief kwam evenwel geen antwoord, en toen Columbus vernam hoe De Bobadilla te werk ging, Roldan en zijn' aanhang begunstigde en dat hij zelfs zijn' intrek in het huis des Onder-Konings genomen en daar alles zich toegeëigend had, geloofde Columbus met niemand anders te doen te hebben dan met een' driesten avonturier en bleef hij voorloopig waar hij was, niet wetende hoe in deze zaak te handelen.

Toch gelukte het Roldan om zijn' tegenstander gevangen te nemen, maar als een loopend vuur verspreidde zich het gerucht van deze daad en bereikte ook de ooren van Don Adrian De Moxica, een' neef van Guevara. De Moxica trok zich de zaak van den neef aan en de opstand tegen het gezag brak opnieuw uit.

Noodig achtte hij het niet, want, vervolgde hij: »Columbus is aan het Hof geheel in ongenade gevallen, doch mijn Ridderplicht zou ik te kort doen, als ik niet naar San-Domingo kwamSlechts één punt van De Hojeda's mededeeling boezemde Roldan belangstelling in en dat was: »Columbus in ongenade

Aan boord der schepen bevonden zich, zooals we vroeger opmerkten, zijne vijanden De Bobadilla en Roldan, benevens De Bastides. De ervaringen, die Columbus als zeeman en als reiziger in deze streken opgedaan had, deden onzen Admiraal aan alle verschijnselen zien, dat er een zware storm op handen was. Hij gaf dus den welgemeenden raad om het uitzeilen nog eenige dagen uit te stellen.

Dat deze meeste gevangenen daar gekomen waren, omdat zij geweigerd hadden, schatting te betalen, dat verzweeg Roldan, en nog veel minder maakte hij bekend, dat hij-zelf en niemand anders het geweest was, die de arme Indianen ingeblazen had, geene schatting te betalen, zoodat hij feitelijk de oorzaak was, dat die lieden, als veroordeelde opstandelingen, naar Spanje gevoerd werden.

Een laaghartig man, Franciscus Roldan genaamd, had tegen de regeering van Columbus een samenzwering gesmeed. Hij was met zijn aanhang naar Xaraguay gegaan, waar hij de bevolking uitplunderde, haar rechten vertrapte, en zich aan allerlei uitspattingen overgaf. Terwijl hij zoo huishield, wierpen daar drie Spaansche karveelen, wier bemanning uit ontslagen gevangenen bestond, het anker uit.

Roldan, door Columbus weer als Opperrechter hersteld, vervolgde den aanhang van Columbus zooveel hij kon, doch van de lieden, die tot zijne partij behoorden zag hij alles door de vingers. De vriendelijkheid en toegevendheid van Columbus jegens hem telde hij niet; hij wist dat Columbus hem bij de Monarchen aangeklaagd en tevens op zijn ontslag aangedrongen had.

Roldan liet evenwel niets van zijne vreugde over dit bericht blijken, hield zich, alsof hij geloofde dat De Hojeda te San-Domingo komen zou en vertrok om Columbus mede te deelen, wat het plan van den avonturier was. Wie er echter te San-Domingo kwam, De Hojeda niet en al spoedig bleek het, dat hij er niet aan dacht om te komen.