United States or Svalbard and Jan Mayen ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wijl de Monarchen vreesden, dat de komst van Columbus op Hispaniola, dat met groote moeite tot rust gebracht was, aanleiding zou geven tot wanordelijkheden, zoo werd hem verboden om op zijne heenreis de Kolonie aan te doen. Op de terugreis echter zou het hem vergund zijn om eenigen tijd te San-Domingo van de vermoeienissen uit te rusten, en als het noodig was zijne schepen te laten herstellen.

Dit griefde Columbus zeer. Het was in zijn oogen een tastbare schending van de overeenkomst, die de monarchen met hem hadden gesloten. Het is moeilijk de groote verdrukking, waaraan Columbus de inboorlingen onderwierp, in overeenstemming te brengen met zijn bijzondere zorg, om hen te bekeeren. Maar de mensch is menigmaal vol tegenstrijdigheden. Deugd en ondeugd gaan dikwijls samen.

Zie, daar zijn koningen te herkennen, monarchen in triomf gezeten op hun zegewagens, door met goud gestikte dekkleeden versierde paarden voortgetrokken; een stoet van priesters en hovelingen vergezelt hen. Dan volgt het leger der krijgers, dat der slaven en, den optocht sluitend, de wonderlange stoet van olifanten.

De brief, dien hij eenigen tijd daarna van de Monarchen ontving, was zeer welwillend, en vriendelijk werd hij uitgenoodigd om, als hij van de vermoeienissen van de reis hersteld was, te Burgos ten Hove te verschijnen. Columbus wachtte niet lang, maar trok spoedig, als »zegevierend Veldheer«, naar de bepaalde plaats.

Zijn moeder ontried hem dit en waarschuwde hem "Zeg dat niet, mijn zoon! het meisje is verloofd; Het is geen grap! zij is verwant aan monarchen." Maar de held sloeg geen acht op zijn moeder: Luid riep hij tot Dobrivoy, zijn knecht "Dobrivoy! kom hier, trouwe dienstknecht! Breng mijn bruine paard voor, en maak het gereed.

Had hij niet in het reis-journaal van den eersten tocht, hetwelk voor de Monarchen bestemd was, geschreven: »Deze lieden zijn zoo liefderijk, zoo handelbaar en zoo vreedzaam, dat ik voor Uwe Majesteiten zweer, dat er geene betere menschen op de wereld zijn, en geen beter land is. Zij beminnen hunne evenmenschen als zichzelven.«?

Niemand achtten zij daartoe beter geschikt dan een hunner aanzienlijke Hovelingen, een zekere Don Juan Aguado. Columbus zelf had dezen Edelman bij de Monarchen aanbevolen als iemand, die door stand en karakter verdiende om aanzienlijke betrekkingen te bekleeden, zoodat Columbus in de zending van dien man eer een bewijs van vriendschappelijk vertrouwen, dan eene onedele verdenking zou zien.

Zie, het was niet, dewijl eene door smaak noch studie bestierde verbeelding wieken aanschoot, en zich de Oostersche Monarchen voorstelde, in al de pracht, waarmede de Italiaansche schilderschool hen heeft uitgedost, verbaasd, dat het schitterend luchtverschijnsel stille bleef staan boven eene nederige woning.

Er was geen laagheid, waartoe zijn vijanden niet in staat waren. Zij bekleedden de hoogste ambten in kerk en staat, en poogden door de gemeenste schotschriften hem van de monarchen te vervreemden. Hij stond alleen, bijna zonder een enkelen vriend. Er was in heel Spanje nauwelijks één man, wiens toestand meer te beklagen was.

Hij schreef zijne meening hierover aan de Monarchen, en om dezen duidelijk te maken, dat hij zich maar niet iets ongerijmds voorstelde, deelde hij hun de kersversche wetenschap mede: »De Aarde heeft den vorm eener peer en verlaat den bolvorm op de plek waar bij eene peer de steel zit, en in de nabijheid van de Linie, in den Indischen Oceaan, is het hoogste gedeelte en nadert de Aarde het meest den Hemel