United States or French Polynesia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ook ried Overberg mij, zoo ik toegang wilde verkrijgen tot het kasteel, niet als de erfgenaam van freule Roselaer op te treden, hetgeen terstond alles voor goed zou bederven.

Het begon dan ook hoog tijd te worden voor dit einde. Overberg, door mij telkens tot geduld aangemaand, had nog uitstel gegeven tot de generaal weer op de been was; maar van Beek in zijne kwaliteit van executeur drong op definitieve beslissing aan; en ik was nog altijd niet zeker van Francis, ik had nog altijd het beslissende voorstel niet durven wagen! Zwakheid, zult gij zeggen.

Toen woonde de generaal met zijne kleindochter nog in de stad en was hij commandant van de vesting." Daar Overberg niets van tantes beschikkingen weet, dan dat ik haar erfgenaam zou zijn, was ik met van Beek afgesproken, hem van het huwelijksplan niet te spreken voor er kans scheen dat het zou doorgaan, en zoo wachtte ik een antwoord zonder menagement.

Eerst in den laten avond kon ik naar de Werve terugkeeren. Overberg was zeer in zijn schik mij te zien en met mij te kunnen aboucheeren. De wettische van Beek stond gereed om het opgeheven wraakzwaard te laten neervallen en was nauwelijks meer daarvan terug te houden.

De vroolijke blos op het frissche, volle gelaat van Overberg verschoot tot een vaal bleek; maar hij zeide niets; de kapitein daarentegen viel in: "Het is maar al te waar dat zij alles risqueerde als zij zich iets in 't hoofd had gezet."

"Wat het laatste betreft, dat kan ik, als onjuist, tegenspreken," hernam Overberg; "want de generaal heeft geene jachtakte genomen, dat weet ik zeker, en het jachtrecht over zijne velden en bosschen is sinds lang overgedragen op.... een van mijn cliënten, die echter hazen en patrijzen in vollen vrede laat."

Maar mijnheer Overberg, dien ik daar ginds tot vriend had en die mijn voornemen toejuichte, deed mij opmerken dat men in het stadje alles wilde weten van iedereen; als men niets te weten kon komen, vond men uit. Ik moest bijgevolg eene reden opgeven voor mijn verblijf in deze streken.

Ondanks mijne poging om het te ontveinzen, moet Overberg het mij hebben aangezien dat de harde oordeel-velling over Francis dieper indruk op mij maakte dan salonpraatjes behoorden te doen; hij nam mij ter zijde en fluisterde mij in: "Morgenochtend vóór uw vertrek kom ik nog een paar woorden spreken over dit gehoorde; hecht er intusschen niet te veel aan; dit alles weegt zoo zwaar niet als het luid klinkt."

Men moest volgens van Beek tot den publieken verkoop van dat kasteel overgaan, maar Overberg, die mijn tegenzin in dit geweldig middel kende, had de hand daartoe niet willen leenen vóór mijne herstelling en zonder mijne definitieve toestemming.

Hij had goed praten; hij kende de oorzaak mijner belangstelling niet, en al tilde ik het nòg zoo licht, het was toch te veel voor de betrekking, waarin ik tot de freule moest komen. Ik begon te twijfelen of ik wel naar de Werve zou gaan, en of ik niet beter deed mij ter zijde te houden en van Beek met Overberg te laten handelen.