United States or Cuba ? Vote for the TOP Country of the Week !


De Veelvraat bewoont de noordelijke landen der aarde. Te beginnen bij het zuiden van Noorwegen en Finmarken vindt men hem door geheel Noord-Azië en Noord-Amerika tot in Groenland. Vroeger was de zuidelijkste grens van zijn verbreidingsgebied op lagere breedte gelegen dan thans; in den Rendiertijd strekte het zich tot aan de Alpen uit.

In zachte winters blijven sommige in Middel-Duitschland achter; het hoofdleger begeeft zich echter verder zuidwaarts: van Lapland en Finland trekt het naar de kustlanden van de Middellandsche Zee en naar Noordwest-Afrika, van Noord-Azië naar Indië en China, van het hooge noorden van Amerika naar het zuiden van de Vereenigde Staten en zelfs naar Brazilië.

Alleen de gesteldheid van de plaats waar zij zich ophouden, staat vast, hun vaderland daarentegen heeft geen grenzen. Alle genoemde soorten zijn broedvogels van Noord-Europa, maar ook van Noord-Azië, voor zoover het met bosschen bedekt is; zelfs is het niet onwaarschijnlijk, dat het laatstgenoemde werelddeel als haar eigenlijk vaderland moet worden beschouwd.

Eveneens ontmoet men haar op de Noordzee-eilanden en aan alle kusten van de Noordpoolzee, opmerkelijkerwijze ook bij de groote stroomen van Noord-Azië, volgens onze waarnemingen o. a. aan den geheelen benedenloop van den Ob. Zuid-Europa bezoekt zij 's winters, hoewel volstrekt niet in grooten getale; haar wijze van trekken is in vele opzichten eigenaardig.

Het verbreidingsgebied van dit schadelijke Knaagdier omvat geheel Middel- en een deel van Noord-Europa benevens het westelijke deel van Middel- en Noord-Azië; in Europa strekt het zich uit tot in de noordelijke provinciën van Rusland, in Azië zuidwaarts tot Perzië, westwaarts tot aan gene zijde van den Ob. In Ierland, op IJsland, Corsica, Sardinië en Sicilië ontbreekt deze Muis geheel. Zij bewoont zoowel de vlakten als de bergstreken, hoewel zij in het vlakke land veelvuldiger voorkomt. In de Alpen vind men haar nog op hoogten van 2000 M. boven den zeespiegel. Boomlooze gewesten, akkers en weiden zijn hare liefste woonplaatsen, zeldzamer bewoont zij boschranden en kale plekken in het bosch. Niet alleen het droge bouwland, maar ook de vochtige, moerassige laaglanden verschaffen haar het noodige voor haar levensonderhoud. Hier legt zij in de droge bulten hare gangen en nesten aan, daar graaft zij op geringe diepte gangen met 4

In Noord-Azië, van den Ob tot aan de Beringstraat is er geen rivier in het vlakke land, aan welks oevers geen beenderen van voorwereldlijke dieren vooral van Olifanten, Buffels en Neushoorndieren gevonden worden. Onze kennis van de hedendaagsche soorten is in den laatsten tijd aanmerkelijk uitgebreid, maar laat in sommige opzichten nog veel te wenschen over.

Enkele Haakbekken verschijnen als trekvogels, zoo niet ieder jaar dan toch in bijna iederen strengen winter in het noordoosten van Duitschland, de Oostzee-provinciën en het noorden van Rusland, voorts in de hiermede overeenkomstige landstreken van Noord-Azië en Amerika; in talrijke zwermen bezoeken zij de genoemde landen slechts zelden.

De Wezel komt in geheel Europa vrij veelvuldig voor, hoewel misschien niet in zoo groot aantal als in Noord-Azië; zij bewoont zoowel de vlakke als de bergachtige streken, boomlooze vlakten zoowel als bosschen, bevolkte plaatsen in niet minder grooten getale dan eenzame. Hoe talrijk zij in ons land voorkomt, kan blijken uit het door Van Bemmelen medegedeelde feit, dat tijdens het betalen van premiën voor elk in ons land gedood Roofdier (tot in het jaar 1857 in gebruik) 5000

Het Gewone Sneeuwhoen bewoont den Alpenketen in zijn geheele uitgestrektheid, de Pyreneën, de Schotsche Hooglanden, alle hooge bergtoppen van Skandinavië, IJsland, de gebergten van Noord-Siberië en die van Noord-Azië in 't algemeen, het noorden van het Amerikaansche vasteland en Groenland. Van de Alpen dwaalt het soms af naar het Schwarzwald.

De iris is donkerbruin, de bovensnavel dofbruin, de ondersnavel lichtbruin, de voet bruinachtig. De lengte van het geheele dier bedraagt 15, die van den staart 6 cM. Men heeft den Graspieper in de geheele noordelijke helft van Europa en in het grootste deel van Noord-Azië broedend waargenomen en gedurende den winter in Zuid-Europa, Zuidwest-Azië en Noord-Afrika gezien.