United States or Belarus ? Vote for the TOP Country of the Week !


Is het dan wonder dat hij in de vereering zijner Vrouwe den gloed der aardsche liefde verbond met de zuiverheid der hemelsche en dat Beatrice, trots de voorzichtige twijfelingen van zeergeleerde commentatoren, voor den dichterlijken en minnenden geest nooit als een "alleen maar bedachte allegorie", als een kunstmatige "draagster" van "verstandelijke symboliek" verschijnt, maar steeds als een levende, diepgeliefde en zonder twijfel afwisselend even smartelijk-begeerde als platonisch-aanbeden jonge vrouw?

Ook mag de Schrijver zich afvragen, of het niet al te onedelmoedig wezen zoude, door het voorshands nutteloos maken van hunnen arbeid, aan de oudheidkenners, Navorschers en Commentatoren van volgende tijden een bewijs van wantrouwen te geven, hetwelk zij in geen opzicht hebben verdiend.

Tenslotte, kan hij ooit een poëzie, een lyriek, een minnelyriek nog wel, als "echte", "spontane", uit het "hart", wat zeg ik, uit het "Onbewuste" gewelde "gevoelskunst" erkennen, wanneer na een gekibbel van meer dan zes eeuwen de geleerde commentatoren het er nog steeds niet geheel over eens zijn of de verheerlijkte geliefde nu werkelijk een levende Florentijnsche was, dan wel eigenlijk en goed-beschouwd alleen maar de godsdienst, of de wijsbegeerte, of de deugd, of het verstand, de katholieke kerk, de "abstracte" ideale vrouw of zelfs.... de keizerlijke monarchie?

In deze streken, waar het verleden met een ondoordringbaren sluier bedekt blijft, in het oude Etrurië, waar nog zoo vele gedenkteekenen zijn overgebleven eener maatschappij, waarvan wij zoo weinig weten, eener taal, die wij ontcijferen zonder haar te verstaan, zijn gedurende het romeinsche tijdvak twee beroemde mannen opgestaan: Linus, de zoon van Herculanus, de opvolger van Sint-Pieter op den romeinschen bisschopszetel, van wiens leven wij verder niets weten; en Aulus Persius Flaccus, de satirendichter, wiens werk meermalen duister is, en die sedert eeuwen het geduld en de wetenschap der commentatoren op de proef heeft gesteld.

Dante noemt ze "divisioni". Sommige commentatoren, onder anderen reeds dadelijk Boccaccio, hebben deze divisioni geschrapt of als latere kantteekeningen van anderen beschouwd. Maar zij behooren niettemin wezenlijk tot het werk. Zij laten ons Dante zien in heel zijne, voor ons modern gevoel soms bijna lachwekkende schoolschheid.

Sommige commentatoren meenen dat de in dit sonnet genoemde Lisette dezelfde is als de "Vrouwe aan het Venster". De aanvangregels doen vermoeden dat het geschreven is n

Ik leg opzettelijk eenigszins den nadruk op Dante's "afdwalingen", omdat vele commentatoren en lezers in hunne teleurstelling over het feit dat het karakter van den door hen bewonderden dichter niet precies beantwoordt aan hun eigen moreele overtuigingen, die zoo gaarne zouden willen weg-"verklaren" met een gekunstelde geleerdheid, welke zonder twijfel zelfs Dante te kras zou zijn geweest.

Gewisselijk ontbreekt het niet aan commentaren; maar het is bekend, dat de commentatoren dikwijls de schrijvers en ook de monumenten zeer veel meer laten zeggen, dan zij werkelijk doen: van nature zijn zij geneigd, het vreemde, het verrassende, het onmogelijke boven het eenvoudige en voor de hand liggende te verkiezen.

Ik zeide reeds dat overigens Dante, en ook Beatrice, deze afdwalingen op eene andere wijze veroordeelen dan de onthutste commentatoren. Aanschouw mij wel, wel ben, wel ben ik Beatrice; hoe verwaardigdet gij u tot den berg toe te komen? Wist ge niet dat hier de mensch gelukkig is?"