United States or Bouvet Island ? Vote for the TOP Country of the Week !


Van alle artiesten, die ik sedert dertig jaar door Europa en Amerika heb rondgeleid heeft #Ignace Paderewski# mij wel het meest getroffen om zijn verregaande belangeloosheid en vrijgevigheid. De beroemde pianist kreeg voor elk concert vijf en twintig honderd francs en dit bedrag scheen zijn voor een groot deel behoeftigen landgenooten meer dan fabelachtig toe.

En ik begreep in eens, dat ik aanschouwd had een prachtig geval voor een futuristiesch schilder, een geval, als het moderne leven wel meer onze nieuwste artiesten zal geven...

Het primaire van een kunstwerk is de ontroering die er in schuilt, en of die ontroering bij den kunstenaar nu gewekt wordt doordat hij haar krijgt uit het massa-sentiment, of door het natuurleven, of wat dan ook, dat blijft ten slotte hetzelfde, mits de diepre ontvankelijkheid en het kunstenaars-temperament er zijn Ik vind nu dat de scheiding niet mag loopen tusschen de artiesten onderling, maar dat die zich ook als een massa moeten gevoelen ondanks hun individueele verschillen tegenover de bruten en niet-ontvankelijken.

Zonder opkijken vroeg hij of ze reeds een schildersatelier gezien had. Ze schudde ontkennend haar hoofd. Ze vond het akelig dat hij nu een lange beschrijving van 't kunstenaarsleven haar ontvouwde. Hij had daar over nooit gesproken. Hij zei: Artiesten zijn wanordelijk. Was hij zich aan 't verontschuldigen omtrent wanorde?

Ik merkte op dat hij de scheidingslijn tusschen kunstenaar en massa dus niet zoo scherp handhaafde als gewoonlijk gedaan wordt. De oprichting van het Verbond van Kunstenaarsvereenigingen, zeide hij, hangt met deze idee heelemaal samen. Ik vind dat de artiesten, de geheele negentiende eeuw door, zich veel te veel afzijdig hebben gesteld van de maatschappij.

Zij allen, artiesten, moesten trachten rijk te worden, hadden het recht en zelfs den plicht zoo spoedig mogelijk rijk te worden, omdat rijkdom vrijheid was en vrijheid, volle, onbezorgde en onbegrensde vrijheid onontbeerlijk voor 't ontbloeien van de kunst.

Wie weet wat deze achteruitgegane artiesten al doorgemaakt hebben, zei hij tot mij. Misschien hebben zij van morgen niet eens gegeten. Laten wij hun een gelukkigen dag bezorgen. Goed, laten we hun elk een louis geven. In orde, doch we moeten met wat anders beginnen. Wat bedoel je? Ik zal in hun plaats gaan zingen en jij moet met je hoed rondgaan. Ik ben zeker dat we heel wat zullen ophalen.

De koningin om haars gemaals uitspraak eenigszins te verzachten, informeerde naar de verschillende artiesten en gaf dien avond verscheidene malen door applaus haar ingenomenheid met het vertoonde te kennen. Ook de keizer van Oostenrijk, die tweemaal een voorstelling onder mijn leiding bijwoonde, was niet bepaald wat men noemt een tooneelliefhebber.

Niettegenstaande de grootste artiesten, aangelokt door de hooge "cachets" den Amerikanen van hun kunst hebben laten genieten, ondanks het feit, dat de Vereenigde Staten zeer groote kunstenaars hebben voortgebracht, staat de vertolking der diverse kunstwerken daar steeds op een zeer laag peil.

Ik kreeg alleen van haar dit lakoniek briefje: "Niets aan te doen. Verzin er maar op, wat je wilt. Ik speel vanavond niet". Toch kwam het publiek steeds terug. Wanneer voor andere artiesten een uitgestelde voorstelling een verloren zaak is, scheen deze regel voor Mme Duse niet op te gaan.