United States or Israel ? Vote for the TOP Country of the Week !


Philippides, Philippides, beroemd dichter der nieuwe comedie, gunsteling van Lysimachus; van zijne 44 stukken zijn slechts onbeduidende fragmenten bewaard gebleven; nu en dan slaat hij daarin nog den vrijmoedigen toon der oude comedie aan. Onder de Rom. werd het de hoofdstad der provincie Thracia. Thans Philippopoli.

Ten gevolge van hunne verdeeldheden werden zij gemakkelijk door de Perzen onderworpen. Onder Philippus en Alex. den Gr. lijfde Macedonia het eene stuk van Thracia na het andere in, doch na den dood van Lysimachus ging de macedonische overheersching allengs te gronde en werd Thracië weder een tooneel van verwarring, totdat het land voor en na onder de Rom. kwam.

Constantinus II deed zijn broeder Constans den oorlog aan, doch werd in 340 bij Aquileia verslagen en verdronk op de vlucht. Constans voegde nu zijns broeders gebied bij het zijne, terwijl hij Thracia aan zijn broeder Constantius afstond. In 341 en 342 vocht hij voorspoedig tegen de Franken. Hij was een flink krijgsman. In den kerkelijken strijd was hij op de hand van Athanasius.

Tempyra, ta Tempyra, vlek in Thracia, dicht bij de kust, ten W. van Doriscus. Bij T. lag een enge bergpas. Zij waren uitstekende ruiters. Tenea, Tenea, stad tusschen Corinthus en Mycenae met een Apollo-tempel. Er was een beroemde tempel van Apollo Smintheus.

Tot dergelijk doel werd ook het mamillare gebezigd, een platte band, soms van zacht leder, doch op het bloote lijf gedragen. Stryme, Stryme, stad der Thasiërs op de thracische kust aan den mons Ismarus. Strymon, Strymon, belangrijke rivier van Macedonia, vóór Philippus grensrivier tegen Thracia. Hij ontsprong op den Scomius en liep aan de Oostzijde van Chalcidice in de Strymonische golf uit.

Ganus, Ganos, sterkte in Thracia aan de Propontis, door koning Seuthes aan de 10000 Grieken overgegeven. Ganymedes, Ganymedes, ook Catamitus, zoon van Tros en Callirrhoë, de schoonste aller stervelingen, die door de goden in den hemel werd opgenomen om schenker van Zeus te zijn; tot vergoeding kreeg zijn vader van Zeus een span goddelijke paarden.

Zone, Zone, kaap en stad op de Zuidkust van Thracia in het gebied der Cicones. Daar de stad niet genomen konde worden, verminkte Z. zich op gruwelijke wijze, liep toen, onder voorwendsel dat hij door Darius zoo mishandeld was, tot de Babyloniërs over, en nadat hij hierdoor het vertrouwen der inwoners gewonnen had en aan het hoofd van de troepen gesteld was, gaf hij de stad verraderlijk over.

Thoricus, Thorikos, attische demus aan de Oostkust van Attica's Zuidspits, een weinig ten N. van kaap Sunium. Thracia, Thrake, Threikie, het land ten N. der Aegaeïsche zee en der Propontis tot aan den Pontus Euxinus, met grieksche volkplantingen bezet, overigens door krijgshaftige en roofzieke, eeuwig twistende, aan dronkenschap verslaafde, doch niet onbeschaafde stammen bewoond.

Rhodope, Rhodope, hoog gebergte van Thracia, dat zich ten O. van den Nestus en verder langs de kust tot aan den Hebrus uitstrekt, thans Despoto-dagh. Dichterlijk Rhodopeius = thracisch, Rhodopeius vates = Orpheus.

Dichterlijk bistonisch = thracisch, Bistonides = Bacchanten, omdat de Bacchusdienst in Thracia te huis behoorde. Bithynia, Bithynia, land aan de Zuidwestzijde van den Pontus Euxinus en de Oostzijde der Propontis, begrensd door Paphlagonia, Galatia en Phrygia.