United States or Togo ? Vote for the TOP Country of the Week !


Eenige anderen hadden zich bij den schoorsteen geschaard. Twee leunden met hun ellebogen op den mantel en hadden hun handschoenen uitgetrokken. Een zeer jong een bedeesde menheer, de jongste bediende van Jozefs kantoor, dien hij poesseeren wilde maar nu zelfs nog had vergeten te groeten, had zich, bijna zonder dat iemant het merkte, bij het gezelschap gevoegd.

Twee stoelen leunden tegen den muur, waar, in een grove lijst, het beeld hing van den heiligen Franciscus van Assise. Het tinnen wijwatervaatje was aan de lijst van de deur genageld. De andere kamer was grooter, luchtiger en, evenals de slaapkamer, met witte kalk bestreken. Hier werkte mijnheer Lazare. De tafel was vol met dagbladen, boeken, kohieren en brieven.

Toen men zag, dat de tulp uitgevallen was, nam men den stengel uit 't fleschje, en wierp dien buiten, tusschen geurende, bruin-gele muurbloemen, die aan 't huisje leunden; en toen het nacht was geworden, daalden twee gevleugelde sterretjes naar omlaag, en namen haar mee ... omhóóg ... naar den bloemen-hemel.................. De vuur-roode blaadjes lagen nog op de vensterbank.

Daar, waar twee geweldige rotspijlers ver in de hoogte tegen elkander leunden en beneden een tusschenruimte lieten, die hoogstens tien voet breed was en naar binnen nog smaller scheen te worden, daar hield hij zijn paard staande, bekeek die plaats met een nauwlettend oog, en zeide: "Hier moet het wezen, waar ik er destijds uitgekomen ben, nadat ik die ader gevonden had.

De mannen kropen nu eens op handen en voeten, leunden dan weder op de schouders der gidsen of lieten zich, wanneer hun voet uitgleed, vallen en rolden verder. De vrouwen werden op ossenhuiden geplaatst en zoo door de gidsen naar beneden getrokken. De paarden werden met samengebonden pooten voortgesleept, en daardoor kwamen de meesten om.

Hier zag men de oudjes met moeite kuieren, gebogen steunend op hun stokjes, of roerloos zittende in een lange rij op een bank in de zon langs een muur, de stokjes, waarop hunne handen leunden, dan gekneld tusschen hun knieën; daar waren 't de weeskinderen, die kakelend onder elkander op een pleintje speelden of hun les op zegden; nog verder was het de bedrijvigheid der boerderij, het op-en-afrijden van karren en wagens, 't gekadanseerd geluid van dorschvlegels in de schuur, 't eentonig zoemen van een wannemolen.

Langzaam rees zij van haar divan op, langzaam wandelde zij rond, op ieder voorwerp sloeg zij een teederen blik. Hare fijne vingeren streken langs het terra-cotta en biscuit der beelden, of verschikten eenige fantazie-fotografies, die los hier en daar tegen het een of ander voorwerp aan leunden.

Zij hadden zich, als waren zij bang voor andere menschen, schuchter van de menigte afgezonderd, en leunden tegen een stevige houten kast, een manslengte hoog en even breed en lang. Daar schenen zij op niets acht te geven; en zelfs nu de kornel op hen toetrad, sloegen zij niet eens hun oogen op, dan toen hij vlak voor hen stond, en hen aansprak: "Mooi weer vandaag!

Beneden aan den berg, deed zich nog een bekoorlijk groepje op, tegen de helling naast een klein beekje, lagen twee engelachtige half naakte kindertjes, waar van het oudste drie of vier jaren kon bereiken, in het midden van eenige schapen en geiten, waarop zij achteloos leunden: de grond was hier met kruiden en bloemen overdekt, en zij werden door eenige lommerrijke boomen beschaduwd het was een allerliefst arkadisch landschapje.

Toen de zon weer opging en alles er zoo verkwikt uitzag als na een gerusten slaap, waren er van het boerenhuis nog slechts enkele verkoolde, zwarte balken over, die tegen den schoorsteen leunden, die nu geheel op zich zelf stond. Het rookte nog geducht uit het puin; maar daar buiten stond frisch en bloeiend de rozestruik, en spiegelde iedere bloem, iederen tak in het heldere water af.