United States or Equatorial Guinea ? Vote for the TOP Country of the Week !


Menig vogeltje wordt, zoolang het nog jong en hulpbehoevend is, door de Kat geroofd; zij durft vrij groote Hazen en bijna volwassene of afgematte Patrijzen aanvallen, loert ook wel op de kuikentjes der Huishoenderen, en houdt zich soms zelfs met de vischvangst bezig.

Van Indië uit heeft het zich over alle landen van het oostelijk halfrond verbreid. Bij de eerste ontdekking van de eilanden van den Grooten Oceaan vond men er Huishoenderen; in historischen tijd zijn zij alleen in Amerika ingevoerd. Bijzonder merkwaardig komt het mij voor, dat zij nergens verwilderd zijn.

Onder de Vogels die hem ten buit vallen, moeten ook de Huishoenderen genoemd worden, waardoor hij soms groote schade aanricht. Een zeer fraaie en gezonde Nevelpanter bevond zich in de Londensche diergaarde een prachtig, tam, lief dier, waarmede de oppasser omging, alsof het een goedaardige Huiskat was. Ik ken, behalve den Gepard, geen Kat, die wat inborst betreft, op hem gelijkt.

Jong uit het nest genomen Sjakoehoenderen worden spoedig tam; het kost geen bijzondere moeite hen aan een bepaalde verblijfplaats te gewennen. Als Huishoenderen gaan zij af en aan in het oord, waar zij grootgebracht zijn, en komen er dikwijls na lange afwezigheid weer terug; zij ontbreken daarom nooit in de nederzettingen der Indianen en behooren tot hunne meest geliefde huisvogels.

Of zij zich in de gevangenschap voortplanten, of met Huishoenderen paren, kan ik op grond van eigen ervaring niet mededeelen; van verschillende zijden heb ik echter vernomen, dat wilde Hoenderen, die van jongs af in gevangenschap leefden, herhaaldelijk eieren legden." In onze dierentuinen hebben alle soorten zich voortgeplant; men kan er echter nooit vast op rekenen.

Door behendigheid, scherpzinnigheid, schranderheid, moed, vechtlust en geschiktheid om getemd te worden, onderscheidt de Steenpatrijs zich, evenals al zijne verwanten, zeer gunstig van andere Hoenderen. Zijn stem herinnert in vele opzichten aan het kakelen van de Huishoenderen. Zijn voedsel bestaat uit verscheidene plantaardige stoffen en velerlei kleine dieren.

Zij zijn echter twistziek, liggen met de Huishoenderen en Kalkoenen voortdurend overhoop, worden zoo boosaardig, dat zij kinderen en volwassen hanen aanvallen, zwerven ver in 't woud rond, verbergen hun nest zooveel mogelijk, broeden niet ijverig en kunnen strenge koude niet verdragen.

Er is misschien geen enkele Vogel, die evenveel aanspraak kan maken op den naam alleseter, als de Raaf. Men mag zeggen, dat zij werkelijk niets wat eetbaar is, versmaadt en in verhouding tot haar grootte en kracht op dit gebied ongeloofelijke dingen doet. Zij houdt van vruchten, zaden en andere eetbare, plantaardige stoffen, van welken aard dan ook, maar is ook een roofdier van de ergste soort. Het zijn niet alleen Insecten, Slakken, Wormen en kleine Gewervelde dieren, waaraan zij den oorlog verklaart; zij valt stoutmoedig Zoogdieren en Vogels aan, die haar grootte overtreffen, en plundert op de onbeschaamdste wijze de nesten, niet alleen van weerlooze Vogels, maar ook die van de krachtigste Meeuwen, die zich en haar kroost wel weten te verdedigen. Van den Haas tot de Muis en van het Auerhoen tot den kleinsten Vogel, is geen enkel dier veilig voor hare aanslagen. Koenheid en list, kracht en behendigheid komen bij haar vereenigd voor en stempelen haar tot een gevaarlijken roofvogel. In Spanje bedreigt zij de Huishoenderen, in Noorwegen de jonge Ganzen, Eenden en alle overige huisvogels; op IJsland en Groenland maakt zij jacht op Sneeuwhoenderen, hier te lande op Hazen, Fazanten en Patrijzen; aan het strand maakt zij gebruik van hetgeen de zee uitwerpt; in de noordelijke landen betwist zij aan de Honden het afval vóór de woningen. "De Raaf," schrijft Olafsson, "zoekt in den winter haar voedsel te midden van de Honden en Katten op de boerenerven, tracht in 't warme jaargetijde aan 't strand de Visschen te verschalken, verslindt in de lente de pasgeboren lammeren, die zij met snavelhouwen gedood heeft, jaagt de Eiderganzen van het nest, drinkt de eieren uit en verbergt die, welke zij niet meer op kan, ieder afzonderlijk in den grond. In kleine troepen volgen de Raven den Arend; zij durven hem niet aan, maar trachten zich van de overblijfselen van zijn buit meester te maken. Waar ook zieke of doode, oude Raven liggen, of jonge, die uit het nest gevallen zijn, in de maag van één harer soortgenooten vinden zij haar bestemming. In den winter wordt ieder huis bewaakt door een gezelschap van 2

Door hunne gewoonten komen zij meer met onze Huishoenderen dan met onze Pauwen overeen.

Oud gevangen Korhoenderen kan men bij behoorlijke verzorging jaren lang in 't leven houden; zelfs in de gevangenschap planten zij zich voort, wanneer men hun een voldoende ruimte verschaft. De pas uit het ei gekomen jongen vereischen dezelfde zorg als de jonge Auerhoenderen, maar veroorzaken, als zij eens volwassen zijn, weinig meer last dan Huishoenderen.