United States or Curaçao ? Vote for the TOP Country of the Week !


Of wij op de plek, waar we nu waren, of in onze eigen Gjöahaven een dépôt aanlegden, kwam vrijwel op hetzelfde neer. Wij legden dus zooveel, als we dragen konden, ter zijde en metselden het overige met steenen toe, stulpten de boot erover heen en begaven ons op den terugweg naar Ogchoktu.

We wilden later in de baai op de rendierjacht gaan en lieten daarom ook onze voorraden achter. Het ijs begon vast te worden; maar het was nog niet sterk genoeg, om ons te dragen. In de Gjöahaven was alles monter en gezond. Den 9den September waren de luitenant en Hansen van hun lang uitstapje met goed succes teruggekeerd. Ze hadden hun doel, kaap Crozier, bereikt en het dépôt daar aangelegd.

Den 11den Januari volbracht ik een volkstelling in de Gjöahaven en de omgeving en bevond, dat er achttien familiën met zestig personen waren. In het midden van Januari 1905 kwam Lindström op een dag met het bericht, dat er conserven gestolen waren van onzen voorraad op het dek.

Voorbij King Williamsland kwam de Gjöa nog; maar toen werd daar, waar de Simpsonstraat zich naar het Westen opent, geankerd in een kleine, beschutte haven van genoemd eiland, die later den naam van de Gjöahaven kreeg.

De afstand van kaap Crozier tot de Gjöahaven was honderd zeemijlen. Het ijs, dat tot hier dicht bij het land kwam, was door een sterken Noordenwind zeewaarts gedreven, zoodat ze genoeg open water hadden, om vooruit te komen. Zij bleven een nacht over bij ons, om den volgenden dag met ons op te breken, daar ik naar Kaa-aak-ka, mijn naaste station, wou vertrekken.

Voordat ik mij echter verder in de haven waagde, wilde ik er met een boot varen. Naar onze waarnemingen op Beechey-eiland lag de magnetische noordpool nog ongeveer op haar oude plaats, en daar de Gjöahaven ongeveer negentig zeemijlen van die plek verwijderd was, was ze, volgens de mannen der wetenschap voor ons als vast station zeer gunstig gelegen.

De tien zeemijlen werden in drie uur roeiend afgelegd, wat een goed stuk werk was, daar we zwaar beladen waren en telkens door het ijs werden tegengehouden. Aan boord werden wij met uitbundige vreugde ontvangen, niet het minst omdat we een flinken voorraad rendiervleesch en ganzen meebrachten. Het was nu stil in de Gjöahaven.

Zooals vroeger al verteld is, was voor deze expeditie bij kaap Crozier, ongeveer honderd zeemijlen van de Gjöahaven verwijderd, een dépôt aangelegd. Onze eerste zorg draaide nu om de honden. Wij hadden een uitstekend troepje, maar er waren te weinig.

De ligging der hut werd nauwkeurig opgenomen; een vlag erop gestoken en geheel gephotografeerd. Nu richtten we onzen koers weer naar de Gjöahaven. De honden bemerkten spoedig, in welke richting het thans voorwaarts ging, en ook wij menschen voelden ons zeer verlicht, dat ons nutteloos worstelen aan een eind zou komen.