United States or Botswana ? Vote for the TOP Country of the Week !


Onze gastheer, die reeds 16 jaren aaneen in Indië verblijf hield, was wat men noemt verindischt, en voelde zich daarbij bon-vivant grand-seigneur, en leefde als zoodanig. Zijn levensopvattingen waren zoo breed geworden, dat alle beperking hem vreemd en hinderlijk was. Hij leefde naar zijn lusten en geheel zooals het hem inviel.

De arme, burgerlijke muziekmeester Holm, die op zijne adellijke leerlinge Caroline verliefd wordt, voor wie hij sentimenteele romances dicht, Karel van Bergen, de misdadige bon-vivant van ouden adel, die door Caroline's stiefmoeder als schoonzoon begeerd wordt, het offer dat de edele Holm bij herhaling brengt ten einde dezen onwaardigen medeminnaar te redden, om de schuld van zijn vader jegens dien van Karel te boeten, en eindelijk de uitredding door een vriend van beider reeds overleden vaders, tevens broeder van de booze stiefmoeder, die den armen Holm in zijn eer hersteld, tot zijn zoon en erfgenaam aanneemt, en hem de geliefde Caroline in de armen voert dat alles zijn karakters en situaties uit de boekenwereld van Kotzebue, Lafontaine e. d.

Wang had Kin-Fo vergezeld, omdat de philosoof zijn leerling nooit verliet, wien de lessen dientengevolge niet ontbraken. Om de waarheid te zeggen sloeg deze er in het geheel geen acht op. 't Was boter aan de galg; maar de »theorieën-fabrikant" zooals onze bon-vivant Tim hem genoemd had hield niet op met steeds wijze spreuken en deugdelijke grondbeginselen te verkondigen.

"Mijnheer", antwoordde de grijsaard, "ik had een gedeelte van dit geld bestemd voor een goedhartigen bon-vivant die groote erfenissen heeft te wachten, welke hij zeer menschlievend gebruikt om kleine meisjes uit de wereld af te zonderen en hun woningen te meubileeren, maar daar u de geheele som noodig hebt, is zij ter uwer beschikking, als u mij slechts waarborgen kunt geven."

Noch de mandarijn Pao-Shen, noch de koopman Yin-Pang, noch Tim, de bon-vivant, noch Houal, de letterkundige zouden in hem het onverschillige wezen herkend hebben, van 't welk zij op een der bloemschepen in de Paarlenrivier afscheid hadden genomen. Wang zou zijne eigen oogen niet geloofd hebben, als hij het gezien had. Maar hij was verdwenen zonder eenig spoor na te laten.

Er kwamen een paar vrinden van Louis binnen, die hij wenkte aan hun tafel te komen en voorstelde aan Paul, die hen amicaal begroette. Eén van hen kende hij van vroeger. Ook Jan de Boogh, de advocaat, kwam er bij, en het werd een troepje luidruchtige heeren, dertigers allen. De Boogh en de andere vrienden hadden blozende bon-vivant gezichten en waren opvallend gekleed.