United States or Sri Lanka ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar wij zullen dit belangrijke vraagstuk behandelen, nu wij tot de steenkoolperiode genaderd zijn. De steenkoolperiode. Ontwikkeling van het plantenrijk. Eilanden en vastland. Zeeklimaat. Afwezigheid van jaargetijden. De zonnenevelvlek. De dampkring, de warmte en de vochtigheid. De planten en boomen. Oude bosschen en dieren, daarin levend.

Zij heeft zich van de zonnenevelvlek losgemaakt op een tijdstip, waarop de beweging der aarde om hare as veel sneller was dan thans het geval is; de maan toch is zóó dicht bij ons, en hare aantrekking is zóó aanzienlijk, dat zij aanzienlijke vloeden teweegbrengt; deze vloeden werkten de beweging der aarde om hare as tegen, zooals zij dit thans nog doen, maar toen in veel sterkere mate.

Wij achten het dus overbodig, hierop terug te komen. Wij zullen dan ook dadelijk ons onderzoek aanvangen met de beschouwing der aarde, van het oogenblik af, dat zij hare moeder, de zonnenevelvlek had verlaten. De geboorte der Aarde.

Bij die koude straalde de aarde hare warmte langzamerhand geheel uit; noch de voortgaande verdichting, noch de scheikundige verbindingen, noch de val van kosmische stof, die op haar neerkwam van de zonnenevelvlek en van de verschillende deelen der ruimte, waren voldoende om te herstellen, wat zij door die uitstraling verloor.

Sedert de geboorte der aarde, sedert het tijdstip, waarop zij, losgerukt van de zonnenevelvlek, als planeet een zelfstandig bestaan verkreeg, en zich tot eenen bol verdichtte, afkoelde, vast en bewoonbaar werd, zijn zóóvele millioenen jaren voorbijgegaan, dat de geheele geschiedenis der menschheid bij dien ontzaglijken tijdkring in het niet verzinkt.

De zonnenevelvlek verspreidde aan den donkeren oneindigen hemel een flauw licht, en terwijl zij zich gestadig naar haar middelpunt verdichtte, gaf de aardsche nevelvlek, uit haar voortgekomen, een even flauw licht, terwijl zij in den tijd van een jaar om de zon heenwentelde.

Eertijds, in de azoïsche periode, was er in het geheel geen verschil tusschen dag en nacht, hoewel de planeet reeds om hare as wentelde, omdat het zwakke licht door de zonnenevelvlek uitgestraald, nog niet tot de oppervlakte der aarde doordrong, en omdat de aarde zelf langen tijd lichtgevend geweest was, en daarna door dampen omgeven was, die het licht opslorpten.

Er konden toen noch kiemen van planten of van dieren bestaan, noch moleculen organische stof. Zelfs konden er toen geene scheikundige verbindingen gevormd worden. Vóórdat onze planeet zon was, was zij in gasvormigen toestand en maakte zij deel uit van de zonnenevelvlek.