United States or Nepal ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het beste doet men, ze des avonds met een lantaarn op te zoeken, wat men gemakkelijk doet door slabladeren neer te leggen op de plekken, waar zij optreden. Ziet men deze des avonds laat na, dan zal men er verscheidene van deze ongenoode gasten op vinden. De kamerplanten hebben ook vijanden in het plantenrijk. Het optreden van deze woekerplanten zou men kryptogamische ziekte kunnen noemen.

Gaven dieren van Europeeschen oorsprong en eenige sporen van menschenarbeid reeds onbetwistbaar te kennen, dat er menschen op dit eiland geweest waren, verscheiden eigenaardigheden in het plantenrijk bewezen dit niet minder. Op enkele open plaatsen in het bosch zag men dat er moeskruiden geplant waren geweest in een waarschijnlijk lang verleden tijdperk.

Wilde de man zijn voorbeeld volstrekt aan het plantenrijk ontleenen, dan kon hij in Griekenland een boom vinden, die hem de eenig juiste vergelijking aan de hand zou doen: de plataan. Een plataanblad toch geeft inderdaad vrij wel den vorm van Morea weer, met zijn drie, naar het zuiden gerichte voorgebergten, waarvan het middelste de beide anderen in lengte overtreft.

Zij wil gekweekt worden in zandige broeiaarde en laat zich goed door stekken voortkweeken. Palmen. De Palmen zijn de "Koningen van het plantenrijk"; zij zijn de edelste vertegenwoordigers der tropische planten en tegelijkertijd de elegantste en meest trotsche bladplanten voor de kamer.

Rondom ons groeide en bloeide de grootste verscheidenheid van planten en zoöphyten, waarbij het mij duidelijk werd waarom een geestig natuuronderzoeker eens kon uitroepen: "Zonderlinge tegenstrijdigheid, wonderlijk element, waarin het dierenrijk bloemen voortbrengt, en het plantenrijk geen bloemen heeft!" Tegen één uur gaf de kapitein een teeken om halt te houden.

De ontwikkeling van het plantenrijk loopt evenwijdig met die van het dierenrijk. De oudste planten zijn de laagste zeeplanten, evenals de oudste dieren zeedieren waren. Opmerkelijk is het, dat planten- en dierenrijk ontwikkeld zijn in de volgorde, door de physiologie aangegeven: dit is een belangrijk en tevens onwederlegbaar feit.

Eenige kennis van genees- en heelkunde geeft er den Christen vertrouwen. Dit vertrouwen groeit aan, naar mate men ziet dat hij zich tot eenvoudige middelen, en inzonderheid voorbrengsels uit het plantenrijk, bepaalt. Bewerkingen van Scheikunst zijn hun verdacht. Zy hechten er een denkbeeld van tooverkracht aan, en gebruiken ze met een wederwil, die zijn grond in die opvatting-zelve heeft.

Neef Benedictus zou anders zeker zijn naam aan eenig voortbrengsel van het plantenrijk geschonken en hem daardoor vereeuwigd hebben. Maar hij hield niet van de kruidkunde en wist er ook niets van. Hij had zelfs, zeer natuurlijk, een afkeer van bloemen, onder voorwendsel dat er waren die zich veroorloven de insecten in haar bloemkronen op te sluiten en ze met haar giftige sappen te dooden.

Van dien dag af is het plantenrijk op de aarde verschenen langen tijd waren de moneren de eenige bewoners der aarde, en daaruit zijn langzamerhand naast elkander te voorschijn getreden de wezens, die later de aarde zouden bedekken met haar groen kleed of aan de weiden en de bosschen hunne tallooze bewoners zouden verschaffen. De planten zijn niet de voorouders der dieren.

Maar mag men daaraan den naam "spieren" geven, zonder te mogen beweren, dat spieren zonder zenuwen nog functioneeren kunnen? Heeft men in het plantenrijk geen voorbeelden van celweefsel met een vezeligen bouw, zonder deze als spiervezels te mogen beschouwen?