United States or Spain ? Vote for the TOP Country of the Week !
Jong en lieflijk schoon was Wabun; Hij was 't, die den morgen wekte, Hij, wiens zilvren vleugelpijlen 't Donker voor zich henenjoegen; Hij, wiens zachte wangen gloeiden Van de hoogste purperblosjens, Hij, wiens stem de dorpsjeugd wekte, 't Boschhert opriep, en den jager.
Alzoo werd nu Mudjekeewis Vader aller hemelwinden. 't West behield hij voor zich-zelven, De andren gaf hij aan zijn kindren, D' Oostenwind gaf hij aan Wabun, 't Zuid' gaf hij aan Shawondasee; En den Noordenwind, den ruwen Grimmigen Kabibonokka.
En hij maakte 't hof haar kozend Met zijn zoetste zonnelachjens, Met zijn zachtste fluisterwoordtjens, Met zijn zuchtjens en zijn zangen, Met zijn fluistren in de twijgen, Met zijn toontjens, met zijn geurtjens; Tot hij haar in de armen drukte, In zijn purperkleed haar hulde, En veranderde in een starre, Eeuwig trillende aan zijn boezem; En nu ziet men ze aan den hemel Immer en te samen wandlen, Wabun en de Wabun-Annung, Wabun en de Morgensterre!
Woord Van De Dag